Forum voor Anarchisme
ArtikelenDe AnarchokrantDossiersEventsWiki // Hulp bronnenContact // InzendingForum
|
anarchokrant5 mei 2025

Soundtrack voor de Revolutie: Laurens Ham

Author: Globalinfo.nl | GEPLAATST DOOR: De Anarchokrant | Bron: globalinfo.nl

Mag ik je introduceren als de professor van de protestmuziek?

Nou, dat is best een ongemakkelijke vraag, alleen al omdat ik eigenlijk docent-onderzoeker en geen hoogleraar ben. Maar als Leo Blokhuis gezien wordt als de popprofessor, dan mag je mij wel zien als de professor van de protestmuziek, omdat nu eenmaal weinig mensen zich zo in deze niche hebben verdiept. Sinds 2015 houd ik me met dit onderwerp bezig, omdat ik weer wat ruimte en tijd had, na het afronden van mijn promotie aan de UU. Ik schreef toen veel over poëzie en af en toe ook over muziek. En eigenlijk wilde ik meer gaan doen met die liefde. Al van jongs af aan luister ik veel naar muziek, wat altijd een belangrijke rol in mijn leven heeft gespeeld. Als neerlandicus ben ik een man van de tekst. Toen ik begon met het ontleden van songteksten kwam ik erachter dat er heel veel interessants te ontdekken viel. Ik begon mijn zoektocht en al snel had ik mijn computer helemaal volstaan met informatie, platen die ik moest kopen enzovoorts. Dit alles heeft geresulteerd in het boek Op de vuist dat in 2020 uitkwam. Daarna is mijn onderzoek niet gestopt. Ik blijf nieuwe protestmuziek volgen en heb ik me verder verdiept in oudere genres.

(Foto van Suzanne Blanchard)

Wat heb je allemaal ontdekt?

Dat er heel weinig wetenschappelijk onderzoek is gedaan naar Nederlandstalige protestmuziek. Wat dat aangaat heb ik mijn levensmissie ontdekt. Ik verzorg regelmatig lezingen over dit onderwerp en schrijf artikelen op verzoek. Het onderwerp begint wel wat meer te leven, naast mij zijn er nu meer mensen mee bezig. En uiteraard heb je geweldige schrijvers als Leendert van der Valk die onder andere het mooie boek Voudou heeft geschreven en Leo Blokhuis. In tegenstelling tot hen richt ik mijn zoektocht enkel op de Nederlandstalige protestmuziek.

Ken je een succesverhaal van een protestnummer?

Er zijn genoeg voorbeelden. Denk aan ‘Welterusten meneer de president’ van Boudewijn de Groot of ‘Ben ik te min’ van Armand. ‘Zwart wit’ van de Frank Boeijen Groep is een grote hit geweest net als ‘Over de muur’ van Klein Orkest. Tegenwoordig wat minder bekend, maar ‘het Vredeslied’ dat uitkwam in 1983 is ook een goed voorbeeld. Het was geschreven als anthem voor de grote antikernwapendemonstratie. Hier hebben bekende mensen aan meegewerkt, bijvoorbeeld Jules de Corte, en het destijds redelijk bekende strijdkoor Jan en Alleman heeft de achtergrondstemmen ingezongen. Het werd ten tijde van het verzet tegen de kernwapens vaak bij de VARA op de radio gedraaid, daarna is het heel snel vergeten. Het heeft wel veel strijdmuzikanten weten te inspireren. Binnen de tweede golf van het feminisme in de jaren 70 en 80 heeft protestmuziek ook een belangrijke rol gespeeld. Het heeft mensen echt aan het denken gezet over hoe ze in het leven staan. Maar of een nummer nou echt een deuk in een pakje boter heeft geslagen? Nou nee, die voorbeelden ken ik niet. Het nummer ‘Lied van de Schuld’ van Wieteke van Dort heeft wel veel losgemaakt. Het gaat over de Nederlandse overheid die de veteranen van het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger (KNIL) in de kou heeft laten staan tijdens de Japanse bezetting van Nederlands-Indië. Heel veel KNIL’ers werden krijgsgevangen genomen en moesten onder erbarmelijke omstandigheden aan de Birmaspoorlijn werken. Velen kwam hierbij te overlijden. Degenen die het overleefden bleven vaak achter met een trauma en ziekte. En sowieso met een financieel probleem, omdat ze als krijgsgevangene niet als militair werden gezien en dus ook niet uitbetaald kregen. Wieteke van Dort heeft het nummer in samenwerking met veteranenorganisaties geschreven en stond symbool voor deze groep mensen die daar jarenlang hebben gecrepeerd zonder enige vorm van hulp. In 1979 is het nummer uitgevoerd in de Tweede Kamer tijdens een debat over de kwestie. Tja, toen mocht zoiets nog, nu is dat ondenkbaar. En het bizarre is dat dit protestlied en de gezamenlijke strijd niets concreets hebben opgeleverd. Tot op de dag van vandaag zijn de mensen niet gecompenseerd voor hun jarenlange krijgsgevangenschap. Het dossier ligt nog ergens op een plank. Dit nummer is dus een mooi voorbeeld van dat je met een protestlied iets op de kaart kunt zetten en alle aandacht naar je toe kan trekken, maar om daadwerkelijk verandering te brengen is er toch wat anders nodig blijkbaar.

Je maakt ook zelf muziek. Is er een protestnummer waarvan je denkt, ‘shit’, had ik dit nu maar geschreven?

De laatste jaren ben ik zoveel mooie nummers tegengekomen. Het onlangs verschenen nummer ‘BOM’ van Hang Youth vind ik bijzonder geslaagd en had ik graag zelf geschreven. Het nummer komt van hun nieuwe plaat Er is hoop. Het begint met een recept hoe je een molotovcocktail moet maken en daarna komt dit nummer. Zij stellen zich anarchistisch op en dat voor een publiek van de VPRO. Dat vind ik wel bijzonder. Een andere lp waar ik heel blij mee ben is Door Mekaar door Voor Mekaar. Hier staan meerdere nummers op waarvan ik dacht: kon ik dit maar. En met natuurlijk de mooie teksten van Nico van Apeldoorn. Het gezelschap maakte deel uit van de toffe club Gramschap, die superbelangrijk is geweest voor de punkscene.

Je speelde basgitaar in de band Moi le Voisin. Geen alledaagse muziek. Zou je dit kunnen zien als protest tegen de mainstream?

Ons laatste album Hogelieder en de slieder en de kierekarikee mag je zeker zien als verzet tegen de muziekindustrie. Oude nummers die soms al meer dan honderd jaar oud zijn verwerkten we op een folky manier. Voor ons was dit een daad van rechtvaardigheid om dit soort muziek ook in Nederland te maken. Voor de rest is onze muziek niet heel politiek. En daarnaast zijn we momenteel ook niet actief. Als ik weer meer muziek ga maken zou ik graag wat politieker in willen steken; net als met mijn poëzie, die vrij uitgesproken politiek is.

In je boek worden ook artiesten als André Hazes, Wim Sonneveld en Brigitte Kaandorp genoemd. Zelf kan ik deze artiesten niet rijmen met protestmuziek. Hoe zie jij dat?

Protest bestaat in heel veel soorten en maten. Het is maar net hoe je het definieert. De definitie die ik gebruik, een lied dat de functie krijgt om protest te tekenen tegen misstanden, geeft ruimte om inclusief te zijn. Zo heb je nummers die steeds weer ergens opduiken als er wordt gedemonstreerd of geprotesteerd. Een mooi voorbeeld is ‘Het dorp’ van Wim Sonneveld. Hij heeft dit nummer gemaakt om verzet aan te tekenen tegen de veranderingen op het platteland in de jaren zeventig.

Het nummer is vaak bewerkt en de melodie is meerdere keren gebruikt op momenten dat mensen een duidelijk protest lieten horen. Brigitte Kaandorp heeft met het nummer ‘Protestlied’ het genre op een grappige manier onder de aandacht gebracht en André Hazes heeft in de jaren tachtig een liedje gemaakt over milieukwesties. Het is misschien allemaal slappe hap en wel heel erg lieflijk, maar tevens een vorm van protest. We snakken in Nederland vaak dan ook naar een soort van middenpolitiek, een te radicale boodschap wordt vaak niet gehoord.

Los van protestmuziek. Waar ben jij mee opgegroeid?

Mooi vraag! Geen enkele journalist heeft dit tot nu toe aan mij gevraagd. Ik ben de jongste van een gezin met drie kinderen. Er was altijd muziek om me heen. Mijn zussen zijn vijf en zeven jaar ouder dan ik. Ze speelden dus al eerder instrumenten. De een speelde dwarsfluit en de ander klarinet. Ze zeggen dat ik als peuter al allemaal dingen mee zat te zingen als zij aan het oefenen waren. Als kind heb ik het hele klassieke repertoire langs horen komen. Het stond ook vaak op bij ons net als middle of the road popmuziek. Een paar platen uit mijn ouders’ collectie kon ik bijzonder waarderen: The best of van Leonard Cohen, Graceland van Paul Simon en I Do Not Want What I Haven’t Got van Sinéad O’ Connor. Via mijn zussen maakte ik kennis met REM en Alanis Morissette. Zelf heb ik ook wel naar behoorlijk foute muziek geluisterd: Marco Borsato bijvoorbeeld. Later begon ik meer naar kleinkunstachtige muziek te luisteren als Bløf en Acda en de Munnik. Toen ik een jaar of vijftien was, ontdekte ik hele spannende dingen. Denk aan bands als the Red Hot Chili Peppers, Radiohead, Flaming Lips en Sigur Rós. Vandaag de dag luister ik veel jazz, folk en wereldmuziek, vooral Braziliaans en Malinees.

Wanneer heb je de combinatie van muziek en protest ontdekt?

Ik kom uit een echt apolitiek gezin. We zijn allemaal hoogopgeleid en hadden de mogelijkheid muzieklessen te volgen, bij een sportvereniging aan te sluiten en zijn redelijk vrij opgevoed. Maar over politiek werd er bij ons nooit gesproken. Eigenlijk hing er een soort van onuitgesproken katholieke sfeer, waar ik me langzaam van los ben gaan weken. Toen ik ging studeren kreeg ik college van een aantal mensen die mijn interesse voor geschiedenis en politiek wisten op te wekken. Op dat moment had ik totaal geen politiek kader, omdat ik er gewoonweg niet mee was opgegroeid. Ik ben heel veel gaan lezen en lid geworden van GroenLinks. Zowel met politiek als muziek wilde ik iets gaan doen. Vandaar dat ik op het idee kwam om me te gaan verdiepen in protestmuziek. Al snel kwam ik erachter dat hier nog helemaal geen onderzoek naar was gedaan. Ik kende toen al wel nummers als ‘Zeven dagen lang’ van Bots en wist dat dit een politieke band was. Van punk wist ik niets en van hiphop slechts een klein beetje. Het was voor mij een enorme uitdaging en een permanent leerproces om me hier verder in te gaan verdiepen. Door deze ontwikkeling begin ik het activisme ook steeds meer te begrijpen.

Er zijn veel soorten protestmuziek. Wanneer gaat dit jou te ver?

Bij protestmuziek denken veel mensen aan de vredelievende muziek van Bob Dylan of Boudewijn de Groot. Als wetenschapper interesseren alle stromingen me. Zo heb je verschillende extreemrechtse bands die vrijwel niemand kent. Tijdens de opkomst van Fortuyn en Wilders had je punkbands als Brigade M. Dit was expliciet neonazistische muziek. Tegen de coronamaatregelen werden er ook allerlei protestnummers opgenomen. Heel veel daarvan waren niet onredelijk. Maar je zag ook dat sommige van die artiesten verknoopt raakten met complottheorieën. Mooi voorbeeld is Lange Frans. Meer personen in de hiphop hebben toen dingen gedaan die op z’n minst op het randje balanceerden. Misschien hoort dit er ook wel een beetje bij. Ik blijf mijn zoektocht vervolgen. Niet om nummers te legitimeren, maar wel om het als wetenschapper te blijven volgen. En soms is het belangrijk om wel een oordeel te hebben als iets echt racistisch is bijvoorbeeld.

Welke anarchistische bands ben je tegenkomen?

De club rondom het kunstenaarscollectief Gramschap vind ik persoonlijk heel interessant. Ze waren in de jaren 80 actief binnen de kraakbeweging en het tijdschrift dat ze maakten straalde duidelijk anarchisme uit. Ze waren tegen iedere vorm van gezag. Gramschap heeft veel mooie muziek uitgebracht. Bijvoorbeeld Miljoenen magen van Verz Ed en de ep van Aja. De lp van Door Mekaar is ook door Gramschap uitgebracht. Verder had je in de jaren 80 bands als Indirekt. Vandaag de dag heb je bands als Hang Youth en natuurlijk Joke Kaviaar die al heel erg lang het anarchisme verkondigt.

Is protestmuziek commercieel geworden?

Ik snap heel goed dat mensen die de muziekscene in de jaren 80 van dichtbij hebben meegemaakt bands als Hang Youth commercieel vinden en het omschrijven als lifestyle anarchism. De bandleden verdienen hun geld met hun muziek en wonen waarschijnlijk in keurige huizen. Hoezo anarchistisch? Maar ik denk dat de jongere generaties hier anders instaan. Als literatuurwetenschapper ben ik veel met boeken bezig. Als ik op zoek ga naar recensies kom je regelmatig jonge vrouwen tegen die boeken aanprijzen op Instagram of TikTok. Ik kan deze recensies nauwelijks serieus nemen, maar als ik mijn studenten vraag dan denken zij daar weer anders over. Voor hen is het wel een referentiekader. En dit geldt misschien ook wel voor een band als Hang Youth. Het is een ironische band. Dit sluit lang niet altijd aan bij de oudere generaties die vroeger binnen de kraakbeweging actief waren.

Voor wat voor soort acties mag ik jou wakker bellen?

Ik ben betrokken bij allerlei acties die opkomen voor het wetenschappelijk onderwijs. En daarnaast sta ik al heel lang op het punt om me nauwer aan te sluiten bij Extinction Rebellion. Ik heb dat nog steeds niet gedaan omdat ik veel te genuanceerd ben om me op een snelweg door de ME in elkaar te laten meppen. En eigenlijk ben ik hiervoor ook wel te angstig. Wellicht dat mijn oude apolitieke ziel hier ook een rol bij speelt. Maar ik merk wel dat mijn emmer steeds voller raakt en ik iets moet doen om die leeg te maken. Wie weet dat ik binnen Extinction Rebellion een rol meer op de achtergrond kan vervullen. En het lijkt mij ook wel heel erg interessant om een demonstratie van dichtbij te bekijken. Zijdelings heb ik wel meegedaan aan de walk-out op de UU tegen het politiegeweld tegen pro-Palestinademonstranten. Ik vind het cruciaal om het recht op demonstratie te beschermen en daarnaast wil ik ook graag mijn sympathie uitspreken voor de Palestijnse strijd.

Heeft protestmuziek toekomst?

Ja, ik denk van wel. Er zal altijd protestmuziek gemaakt blijven worden. Ik heb wel het idee dat het Nederlandstalige protestlied het moeilijk heeft, althans als het gaat om muziek voor demonstraties. Engels is toch wel de voertaal tegenwoordig. Maar binnen de hiphopscene zal de Nederlandse taal wel blijven overleven verwacht ik.

Welk nummer mag er volgens jou niet aan de soundtrack voor de revolutie ontbreken?

Laat ik dan maar niet voor het commerciëlere geluid van Hang Youth gaan en kiezen voor het nummer ‘Holenmensen’ van Door Mekaar. De tekst van dit nummer uit 1978 kan je nog altijd zien als een actuele kritiek op hoe de stad werkt. Het wordt steeds onleefbaarder omdat alle grond door projectontwikkelaars wordt opgekocht en volgebouwd enkel met als doel hier veel geld aan te verdienen. Mensen worden opgesloten in hun huizen en aangemoedigd vooral hun tijd voor de tv door te brengen. Een artistiek en inspirerend nummer met goede boze muziek.

Graai uit de kast.

Op het moment dat ik aan dit stukje tekst begin is het Trump die de wereld domineert. Gaza zal hij omtoveren tot een luxeoord, Panama moet hem hun kanaal cadeau doen en Groenland moet aan het Amerikaanse grondgebied toegevoegd worden. Je kan het zo gek niet bedenken, het ene idee nog onrealistischer dan de andere, en Donald John staat weer in de headlights. Maar we wisten toch al dat hij een ongeleid projectiel is en een gevaar voor de wereld? In 2016 schreef M.D.C. het nummer ‘No Trump, No KKK, No Fascists USA’ en maakte er een videoclip bij. Tijdens de toenmalige presidentsverkiezingen werd het nummer vaak op straat door demonstranten gezongen, helaas dikwijls voor dovemansoren.

Het nummer is een jaar later uitgebracht op een splitsingle met de Zweedse vegan straight edge band Iron. Omdat het Trump imperium nog geen verleden tijd is, leg ik de single maar weer eens op de draaitafel. ‘No Trump, No KKK, No Fascists USA’ is niet het meest creatieve en energieke nummer van M.D.C. Het is een hedendaagse versie van het nummer ‘Born to die’, afkomstig van hun legendarische debuutlp Millions of Dead Cops uit 1982. En ja, iedereen wordt ouder. Ook zanger Dave Dictor heeft qua energie in moeten leveren. Maar de boodschap van het nummer is duidelijk en werd gehoord. Green Day speelde hun versie van het nummer tijdens de American Music Awards in 2016 dat MDC weer insprireerde om meer nieuwe nummers op te nemen. Dit heeft geresulteerd in het in 2017 verschenen album Mein Trumpf .

In het verleden heb ik meerdere optredens voor M.D.C. mogen verzorgen en zanger Dave was altijd weer even vriendelijk en gemotiveerd. Live is het echt een geweldige band en meestal zorgden ze voor een volle zaal. Ondanks hun lange loopbaan en faam die ze hebben opgebouwd zijn ze tevreden met een paar honderd euro, een vegan maaltijd en een slaapplek. Muziek maken is voor hun een levensstijl en bijdrage om het onrecht op de wereld aan de kaak te stellen. Zo hebben ze in 2007 een optreden verzorgd in De Wilde Wereld in Wageningen waar we een benefietavond organsiseerden en geld inzamelden voor de autonome projecten van de Zapatistas in Chiapas, Mexico.

Op het moment dat deze Buiten de Orde op je deurmat belandt, hoop ik dat als er nog wat over Trump geschreven wordt, dit enkel in de verleden tijd gebeurt.

No Trump, No KKK, No Fascist USA

I’m born to fry
My life in a cage
Show my outrage
I’m misunderstood
I did what I could
I made my try
I was born to die

Goin’ Home
My mind is blown
I spilled my race
I found my case
I’m shot down on a fence
I’m dead in self defense
I live in a world of hate
With no regret a Nazi state
A racist dream, a world of hate
With no regret a Nazi state

No Trump
No KKK
No fascists U.S.A.

———————–

(Toegift: [fragment uit de reeks ‘Prins Holst’, over communistische dichteressen Sonja Prins en Henriëtte Roland Holst])

waarop ze neerstrijkt en een horizontaal vers begint te praten

een vers van aandacht en aarde

van dauwworm en korstmos

een vers van woelen en draaien

in haar vuist een spiegel waarin

vraagtekens zich steels oplossen

die houdt ze voor zich

daar hamert ze wel op

en praten blijft ze

storm en kosmos

weerzin en sneeuw

een vers van puntjes en beletsel

met de zon in de rug warmt ze zoetjesaan op

en na die zorg strekt zich een blakerende ruimte uit

die ze met geen mogelijkheid ervaren kan als zuiver thuis

goddank

Reacties (0)

Voeg nieuwe reactie toe

Wij tolereren geen: racisme, seksisme, transfobie, antisemitisme, ableisme enz.