Forum voor Anarchisme
ArtikelenDe AnarchokrantDossiersEventsWiki // Hulp bronnenContact // InzendingForum
|
anarchokrant13 augustus 2025

Ernst Glaeser. ‘De Laatste Burger’

Author: Tijdschriftdeas | GEPLAATST DOOR: De Anarchokrant | Bron: libertaireorde.wordpress.com

In zijn roman uit 1935 schetst de Duitse schrijver Ernst Glaeser op meesterlijke wijze de opkomst van het nazisme in een kleine provinciestad. Het boek is in diverse talen verspreid, ook in het Nederlands en het Frans. Nu er in ons tijdperk zoveel over fascistisatie van doen is, mede onder invloed van allerlei politieke extreemrechtse bewegingen, is het goed om bewust te zijn van wat ik zou omschrijven als ‘creeping fascism’.* Als er op den duur geen voldoende verzet tegen dit kruipende fascisme bestaat, komt er een moment van de laatste burger. Daar over schreef Ernst Glaeser. Jean-Paul de Dadelsen vertaalde zijn boek in het Frans.** Johny Lenaerts vertaalde, voor het schrijven van het onderstaande artikel, weer uit deze Franse editie. [ThH]

De schrijver

Ernst Glaeser werd geboren op 29 juli 1902 in Butzbach, nabij Frankfurt, waar zijn vader rechter was. Toen het kind 10 jaar was, installeerde het gezin Glaeser zich in een klein stadje in de Rijnvallei, dat model zou staan voor Siebenwasser in ‘De laatste burger’. Ernst Glaeser zou verschillende keren getuigen over de cruciale invloed dat die eerste ontmoeting met de oude ‘vater Rhein’ op de ontwikkeling van zijn gevoelswereld gehad heeft.

Aan de universiteit van Freiburg-bei-Brisgau, vervolgens aan die van München, studeert hij rechten, geschiedenis en literatuur. Maar zijn ware roeping in die tijd is toneelregisseur te worden en, eens zijn studies beëindigd, krijgt hij een kleine betrekking aan het Neues Theater van Frankfurt. Hij neemt reeds snel afscheid van het theater om zich te wijden aan de journalistiek, en het is deze perspectiefwisseling die onrechtstreeks zijn tweede roeping zal bepalen: de literatuur.

Als redacteur van de Frankfurter Zeitung wordt Glaeser in 1926 op pad gestuurd om een reportage te schrijven over het slachtveld van Verdun. Daar wordt hij getroffen door een soort openbaring: hij krijgt het gruwelijke visioen van wat die oorlog moest geweest zijn, een oorlog waar hij veel te jong voor was om eraan deel te nemen. Het relaas dat hij van zijn reis meebrengt wordt opgemerkt omwille van zijn poëtische en lyrische kwaliteiten. Glaeser beslist daarop om dat uit te werken door het tot een roman om te vormen. Het is zo dat in 1928 ‘Klas 22’ verschijnt, een verbazingwekkend fresco van de oorlog in het achterland, zoals die beleefd werd door jongeren die nog naar school gingen. ‘Klas 22’ kent onmiddellijk succes, niet enkel in Duitsland, maar in alle vreemde landen waar het boek in vertaling verschijnt. Met Im Westen nichts neues van Erich Maria Remarque, dat het daarop volgende jaar verschijnt, vormt het de eerste grote getuigenis in romanvorm van de oorlog zoals die langs Duitse zijde beleefd werd.

De revolutie van 1918, die de val van de monarchie met zich meebracht, is het onderwerp van de tweede roman van Glaeser, Frieden, dat in 1930 gepubliceerd wordt. In datzelfde jaar maakt Glaeser, samen met Ludwig Renne en Anna Seghers, deel uit van de Duitse delegatie van de Internationale conferentie van revolutionaire schrijvers, dat in Kharkov plaatsvindt en waar ook Aragon aan deelneemt. 

Alhoewel hij de communistische schrijvers verweten had de Duitse ziel niet te begrijpen en met hen in 1932 gebroken had, werden toch zijn boeken  door de nazis verbrand en kreeg hij een publicatieverbod. Ondanks de raad van zijn uitgever om Duitsland te verlaten, blijft hij nog enkele weken in de Frankfurter Zeitung en in de Vossische Zeitungpubliceren, met gebruikmaking van een pseudoniem. In december 1933 beslist hij vrijwillig in exil te gaan en verlaat hij Duitsland voor Zürich. Het is tijdens dit verblijf in Zwitserland dat hij De laatste burger zal schrijven, waarmee hij in het kader van een kleine provinciestad in midden-Duitsland de voortekenen van de opkomst van het nazisme analyseert. 

Het is zeldzaam dat een grote roman samenvalt met de meest brandende politieke actualiteit. Dat is het geval voor De laatste burger, dat in 1935 verschijnt, op een moment waarin Europa zich bewust wordt van het gevaar dat het Hitler-regime vertegenwoordigt. De Franse pers is eensluidend om die literaire gebeurtenis welkom te heten. Het boek bevat een scherpzinnige aanklacht van de ravages die de vooruitgang van de nazi-ideologie in het bewustzijn van een heel volk veroorzaakt.

Onder de titel Wat blijft publiceert Ernst Glaeser in 1938 vier novellen waarin hij een beeld schetst van het vroegere Duitsland en diens traditionele waarden. Zijn schitterende en idyllische beschrijvingen van het Rijn-landschap en van het eenvoudige leven van de dorpsbewoners verraden de nostalgie naar zijn geboorteland, waar hij een jaar later voor zal bezwijken.

In 1939 zal inderdaad deze vurige verdediger van de grote liberale traditie van 1848, die hartstochtelijk opgeroepen had voor een derde Duits humanisme, terugkeren naar Duitsland en er een functie als redacteur bij een krant van de Wehrmacht aanvaarden.

Na de oorlog zal Ernst Glaeser een laatste roman publiceren, Glanz und Elend der Deutschen, een soort geestelijk testament, waarin hij zichzelf afbeeldt in de gedaante van een personage dat verscheurd wordt tussen hoop en gelatenheid. Hij overlijdt op 8 februari 1963 in Mainz.

De roman

Na 45 jaar afwezigheid, die hij doorbracht in de VS waar hij een fortuin vergaard had, beslist Jean-Gaspard Bäuerle, het hoofdpersonage van De laatste burger, naar Duitsland terug te keren. Zijn vader was geëmigreerd om de Pruisische hegemonie te ontvluchten, maar de nieuwe Grondwet van Weimar, dat een ideaal van gerechtigheid en vrede  uitstraalt, geeft Jean-Gaspard weer hoop in de toekomst van het oude land, waar hij Siebenwasser  zal weervinden, zijn geboortestad in Wurtemberg.

Maar we zijn in 1927 en de republiek van Weimar gaat langzaam ten onder, ondermijnd door de maatschappelijke ziekte die beetje bij beetje alle regio’s en klassen verovert:  het nazisme. Op hetzelfde moment waarop Jean-Gaspard Bäuerle, vol utopische hoop, voet op Duitse bodem zet, wordt Hertha Diefenbach, een oorlogsweduwe die moeilijk kan overleven van een gedevalueerd pensioentje, door tussenkomst van de dorpspastoor gewonnen voor de nieuwe ideologie. Ook op hetzelfde moment wordt Maria, een prostituee met een groot hart, verliefd op Jürgen, die haar uitbuit en indoctrineert. Ook op hetzelfde moment geeft Hans, de beste leerling van de school, een klap aan zijn directeur, die in zijn bijzijn de Führer beledigd had. In dat Duitsland dat ten prooi valt aan de nazi-epidemie, zal Jean-Gaspard Bäuerle, gedreven door de liberale beginselen van de Duitse revolutie van 1848, weldra de laatste Duitse burger zijn…

Via een provinciaalse zedenroman, zie zowel de herinnering oproept aan de grote kronieken van Balzac als aan de polyfonische romans van Dos Passos, onthult ons Ernst Glaeser op meesterlijke wijze de duistere mechanismen van het bewustzijn van de massa.

Vertaling: Johny Lenaerts.

* [Ik wijs voor mijn gebruik van ‘creeping fascism’ terug naar het gebruik door Philippe C. Schmitter van zijn term ‘creeping corporatism’, zie Online; thh.]

** Ernst Glaeser, ‘Le dernier civil’ (‘Der letzte Zivilist’), Paris: Grasset, 2024. 

Reacties (0)

Voeg nieuwe reactie toe

Wij tolereren geen: racisme, seksisme, transfobie, antisemitisme, ableisme enz.