De Staat is niets meer, aan ons om alles te zijn !
Binnenkant voorflap
Ik heb nooit gewanhoopt dat de revolutie van het dagelijkse leven de revolutie van het zelfbeheer is. Nu minder dan ooit. Ik ben ervan overtuigd, de barricaden van het verzet en van de zelfverdediging voorbij, dat de levende krachten wereldwijd ontwaken uit een lange slaap. Hun onweerstaanbaar en vredelievend offensief zal alle obstakels wegvegen die werden opgericht tegen de enorme levenslust van de ontelbaren die elke dag worden geboren en herboren. Het geweld van een te maken wereld zal het geweld verdringen van een zichzelf vernietigende wereld.
We staan op de drempel van het tijdperk waarin de mens zijn bestemming van denker en schepper zal waarmaken om te worden wat hij nooit was : een mens, heel en volledig.
Ik vraag het onmogelijke niet. Ik vraag niets. Ik koester hoop noch wanhoop. Ik wens slechts uit jullie handen en uit die van de volkeren van de hele wereld, de verwezenlijking mee te maken van een Internationale van de mensheid die de nu stervende handelsbeschaving en de partij van de dood die er de laatste stuiptrekking van is, zal begraven in het verleden.
L’Etat n’est plus rien, soyons tout !
Gratis uitgedeeld op het Fest of Direct Democracy, Thessaloniki, 8-10 september 2010.
Lo stato non è più niente, sta a noi essere tutto!
Nautilus, CP 1311, 10100 Torino, Italia, mei 2022 www.nautilus-autoproduzioni.org
nocopyright
Inleiding
De “Anti-autoritaire Beweging voor Directe Democratie” die het Feest van de directe democratie in Thessaloniki organizeerde in oktober 2010, had contact met mij gezocht via mijn uitgever Le cherche midi. De Griekse gezellen verzochten mijn deelname aan hun vergaderingen om te overleggen over de keuzes die ons worden opgedrongen door een wereldkapitalisme dat, terwijl het zichzelf vernietigt in de frenetiek van het profijt, de aarde verwoest en de mensen ontaardt. Zoals gewoonlijk heb ik geantwoord dat ik aan geen enkel publiek debat of optreden deelneem, maar dat ik hen in dit geval een tekst voorstelde waarover ze vrij konden beschikken.
Ze hebben me toen aangeboden drie vrienden aan te wijzen die bereid waren te spreken over ervaringen met en problemen van directe democratie. Het vooruitzicht om Sergio Ghirardi, Behrouz Safdari en Marc Tomsin te vergezellen, heeft me snel overtuigd met hen het vliegtuig te nemen en wat van die lucht van creatieve vrijheid te gaan inademen die in Frankrijk nog zo schaars is. De warmte van de ontvangst en de voorbereidende publicatie van mijn tekst die vrij ter beschikking werd gesteld van iedereen, stelden me in staat te genieten van de sfeer van solidariteit en bruisende gevoelige intelligentie, zonder het risico te lopen als een vedette te worden gezien.
Hoewel mijn weigering van elke publieke deelname welwillend werd aanvaard, hadden sommige deelnemers – die ik tijdens de feestelijke ontdekkingen van de charmes van Thessaloniki niet heb kunnen ontmoeten – toch gehoopt op een debat in een van de vergaderingen in de aula’s van de universiteit. Voor hen heb ik dan een woordje uitleg opgesteld dat door enkele vriendinnen werd vertaald naar het Grieks en voorgelezen.
Een beetje uitleg
Ik wou hier in jullie midden aanwezig zijn omdat ik voor de toekomst van de mensheid bewust ben van het belang van een anti-autoritaire beweging voor directe democratie. Ik verkies echter niet deel te nemen aan publieke debatten en optredens. Waarom ? Omdat ik tegen elke vorm van spektakel ben – begrepen als een breuk met het dagelijkse leven – en niet wil deelnemen aan dit spektakel, ook niet om er kritiek op uit te brengen. Ik hecht teveel belang aan de geleefde authenticiteit om een rol op mij te nemen waarin ik het risico loop een guru of een leermeester te worden.
Ik wil daar nog aan toevoegen dat ik meer vertrouwen heb in het geschreven woord dan in de toespraak. De toespraak is onderworpen aan een emotionele factor en verandert gemakkelijk in een manipulatie van gevoelens (hierin schuilt heel de kunst van de demagoog). Met de geschreven tekst behoudt de lezer zijn bewustzijn en zijn keuzevrijheid. Hij kan herlezen, akkoord gaan of niet, hij heeft tijd om na te denken. Ik dank de Griekse gezellen voor het ter beschikking stellen van mijn tekst voor iedereen. Indien jullie daar vragen over hebben dan is het belangrijk dat die naar de tekst teruggaan en niet naar mij. Het is vooral belangrijk dat jullie die vragen aan jezelf stellen omdat de antwoorden bij jullie liggen. Het volstaat ze te vinden.
Beste dank aan iedereen.
De Staat is niets meer, aan ons om alles te zijn !
Het is geen toeval dat Griekenland, waar het idee van de democratie ontstond, de eerste is om de weg te openen van de strijd die te leveren is tegen de democratische corruptie die overal groter wordt onder druk van de multinationals en de financiële maffia’s. We hebben in dit land een verzet de kop zien opsteken dat breekt met de lethargie en de onverschilligheid van het europese proletariaat, sinds tientallen jaren verdoofd door het gewicht van het consumentisme en het bedrog van de emancipatie.
Sta me toe enkele banaliteiten in herinnering te brengen.
Het consumentisme heeft een supermarktdemocratie gevulgariseerd waar de burger over de grootst mogelijke keuzevrijheid beschikt op expliciete voorwaarde de prijs te betalen aan de uitgang. De oude politieke ideologieën zijn hun substantie verloren en zijn verworden tot publicitaire folders waarvan de verkozenen zich bedienen om hun doelpubliek en hun macht te vergroten. De politiek, of die zich nu rechts of links wil, is niets anders meer dan een cliëntelisme van verkozenen die alleen hun persoonlijke belangen voor ogen hebben in plaats van die van de burgers die ze als taak hebben te vertegenwoordigen. Griekenland is ook nu weer goed geplaatst om de politiek haar oorspronkelijke betekenis terug te geven : de kunst van het bestuur van de stad.
De tweede banaliteit is dat de Staten het voorrecht hebben verloren dat ze zich toe-eigenden om het publieke goed te beheren. Uiteraard heeft de traditionele Staat haar deel altijd afgeroomd ten koste van de burger onder de vorm van taksen en belastingen, maar in ruil heeft hij de werking verzekerd van openbare diensten, onderwijs, gezondheidszorg, post, transport, werkloosheidsvergoedingen, pensioenen… Inmiddels zijn de Staten afgetakeld tot niet meer dan lakeien van banken en multinationale ondernemingen. Die worden nu geconfronteerd met de afgang van het gek geworden geld dat, geïnvesteerd in beursspeculaties en niet meer in de ontwikkeling van prioritaire industrieën en sociaal nuttige sectoren, een zeepbel is, voorbestemd tot implosie, tot een beurscrash. Wij zijn de prooi van de beheerders van het bankroet, begerig naar het verzilveren van het laatste kortetermijnprofijt, dat de burger, ten koste van steeds hachelijker levensomstandigheden, tot op het bot uitbuit om de kloof zonder bodem te dichten, gegraven door het wanbeheer van de banken.
Niet alleen is de Staat niet meer bekwaam om zijn verplichtingen van het sociale contract na te komen, hij beknibbelt bovendien op de openbare diensten, helpt al om zeep wat tenminste nog het overleven garandeerde, vermits hij zowiezo al in de onmogelijkheid verkeerde iedereen een waardig leven toe te kennen. En dat alles in naam van die gigantische oplichterij die de naam overheidsschuld kreeg.
Er blijft de Staat maar een enkele functie : repressie door de politie. De enige verdediging van de Staat zit in het verspreiden van angst en wanhoop. Aan de hand van een apocalyptisch visioen slaagt hij daar in met een zekere doeltreffendheid. De Staat zelf verspreidt het gerucht dat het morgen erger zal zijn dan vandaag. De wijsheid gebiedt dus, naar eigen zeggen, om te verteren, om geld uit te geven vóór de komst van het bankroet, om profijt te slaan uit alles wat mogelijk is, ten koste van de opoffering van het eigen bestaan en van de hele planeet opdat de hele zwendel moge blijven duren.
Het nihilisme is de filosofie van het zakendoen. Waar geld alles is, verdwijnen waarden volledig, de handelswaarde uitgezonderd. We zagen hoe het consumentisme de zogeheten eeuwige “waarheden” uit het verleden onderuit haalde : vaderlijk gezag en patriarchale macht, godsdiensten, ideologieën, prestige van leger en politie, respect voor bazen, ophemeling van opoffering, deugdzaamheid van werk, minachting voor de vrouw, het kind, de natuur… tezelfdertijd werd het bewustzijn in slaap gewiegd, het is nu aan ons om het wakker te schudden met als referentie de menselijke waarden die zo dikwijls al waren te vinden in het hart van opstanden, revoltes en revoluties.
We weten dat een nieuw verbond met de natuur, die zich kosteloos aanbiedt, op stapel staat, een alliantie die een einde zal maken aan de graaizucht van de uitbuiting van de aarde en van de mens. Het zal aan ons zijn de dominantie te doorbreken van een kapitalistisch dynamisme op zoek naar het nieuwe profijt van de gratis energie die het systeem ons duur door de strot zal jagen. Ons tijdperk, verstoord, niet door een economische crisis maar door een crisis van de economie van de uitbuiting, wijst de mens nu op het geschikte moment om een echt menselijk wezen te worden. En dat betekent de weigering slaaf te zijn van het werk en van de macht evenals de bevestiging van het recht van iedereen de eigen bestemming vorm te geven en zo ook situaties te scheppen die bevorderlijk zijn voor ieders geluk.
De ontketening van de huidige ontwikkelingen zal veel vragen dringend aan de orde stellen. Ik hoed me ervoor om antwoorden te verstrekken die, nog afgezien van de praktische en collectieve omstandigheden waarin ze opduiken, het risico lopen in abstracties te vervallen die, in de hoedanigheid van gedachten die van het leven zijn gescheiden, altijd de oude monsters van de macht oproepen. Ik beperk me tot enkele toelichtingen.
1Wat zijn we bereid in te zetten om tegemoet te komen aan de tekortkomingen van een Staat die niet alleen de burgers niet meer dient maar ze uitzuigt, vampiriseert om de internationale bankenmaffia te voeden ? De inertie is tegen ons. De familiale, sociale, politieke, economische, godsdienstige, ideologische tradities hebben nooit opgehouden van generatie op generatie de vrijwillige onderdanigheid in stand te houden die La Boétie reeds aanklaagde. Het is daarentegen mogelijk voordeel te halen uit de schokken die de instorting van het systeem veroorzaken, uit de desintegratie van de Staat en uit de neiging om verder te kijken dan de bekrompen grenzen van de koopwaar. Men moet zich verwachten aan een ommekeer van perspectief. Bovenop de mogelijke plundering van supermarkten, die een gevolg zullen zijn van de versnelde verpaupering, zullen veel consumenten, bedreigd door uitsluiting, niet nalaten zich er bewust van te worden dat overleven niet hetzelfde is als leven, dat het opstapelen van kunstmatige en nutteloze voorwerpen niet opweegt tegenover het geluk en het plezier van een bestaan waarin de ontdekking van de energieën en van de grondstoffen van de natuur in overeenstemming zijn met de aantrekkelijkheden van de begeerte. Dat het leven hier en nu aanwezig is tussen de handen van het overgrote deel van de mensen en niets anders vraagt dan zich op te richten en te verspreiden.
Laten we ophouden met jammeren over de mislukkingen uit de geschiedenis van onze emancipatie, niet om de toevallige successen te vieren – want uit het begrip van succes en tegenslag stijgt de stank op van de handelsconcurrentie, van taktiek en strategie, van roofzuchtige competitie – maar om de ervaringen vooruit te stuwen die, vrolijk en moedig, van ons verwachten dat we aandachtig het project voortzetten van zelfbeheer en van de oprichting van vergaderingen van directe democratie.
De Zapatistische collectieven in Chiapas, Mexico zijn vandaag wellicht de enigen die directe democratie toepassen. De in gemeenschap gebrachte gronden sluiten in principe de problemen van privé toe-eigening uit. Iedereen heeft het recht deel te nemen aan de vergaderingen, er het woord te voeren en eigen keuzes te maken, ook de kinderen. Er zijn eerlijk gezegd ook geen verkozen vertegenwoordigers van de vergaderingen. Er wordt alleen voorgesteld dat individuen die interesse vertonen in bepaalde gebieden (onderwijs, gezondheid, mechanica, koffieteelt, organizatie van feestelijkheden, biologische landbouw, betrekkingen met de buitenwereld… ) voor een beperkte periode ook de gemeenschap vertegenwoordigen. Ze maken dan deel uit van een “junta van goed bestuur” en brengen geregeld verslag uit van hun opdracht voor de hele duur van hun mandaat. In het begin terughoudend vanwege de patriarchale gewoonten van de Maya’s, bezetten vrouwen nu doorslaggevende posities in deze “junta’s van goed bestuur”. De Zapatisten geven hun inzet om een menselijker maatschappij te stichten aan met een formule die de nadruk legt op een voortdurende waakzaamheid : “We zijn geen voorbeeld maar een ervaring”.
2 Niet alleen is geld in waarde aan het verminderen, het staat op het punt te verdwijnen. Tijdens de Spaanse revolutie hebben een aantal collectieven uit Andalusië, Aragon en Catalonië een distributiesysteem opgezet dat geen behoefte had aan geld (andere collectieven bleven de peseta gebruiken en nog andere sloegen eigen munt, en ze
werkten allemaal goed samen). Het is vandaag aan ons om te bekijken hoe we een menselijke relatie gebaseerd op het geven in de plaats kunnen stellen van een ruil op basis van uitbuiting waar de handel der dingen de handel der mensen bepaalt.
We zijn de slaven geweest van een economische werking waarvan het begin de geboorteakte ondertekende van de handelsbeschaving die het individuele en sociale gedrag veranderde in een voortdurende verwarring tussen comfort en ontaarding, vooruitgang en regressie, menselijke verzuchting en barbarij.
Inderdaad, de concrete en virtuele financiëring is vandaag nog steeds een coherent systeem, absurd dat wel, maar in staat om het gedrag te blijven sturen. Maar wat zal er daarentegen gebeuren de dag dat het geld door de financiële ineenstorting zijn waarde en zijn nut verliest ?
Zonder twijfel zal het verdwijnen van het geld worden onthaald als een bevrijding van al wie het recht wordt ontzegd het eigen dagelijkse leven te leiden. Het fetisjisme van het geld heeft zich echter dusdanig genesteld in onze gewoonten dat de vele individuen, onderworpen aan het millennia-oude juk, ten prooi zullen vallen aan de emotionele instorting van de sociale jungle, veroorzaakt door de strijd van iedereen tegen iedereen en van het blinde geweld op zoek naar zondebokken.
We moeten de tentakels van de in het nauw van zijn laatste schuilplaats gedreven octopus niet onderschatten. De instorting van het geld betekent namelijk niet het einde van de plundering, van de macht, van de toe-eigening van de mensen en de dingen. Het verergeren van de chaos, zo nuttig voor de instellingen van Staat en maffia, verspreidt een virus van zelfvernietiging waarin de nationalistische oprispingen, de in genocide uitlopende mentale jeuk, de religieuze conflicten, het braaksel van de fascistische, bolsjevistische en fundamentalistische pest het risico vergroten de geesten te vergiftigen indien de gevoelige intelligentie van het leven de kwestie van het levensgeluk en de levenslust niet centraal in onze bezigheden plaatst.
De gruwel oefende altijd een aantrekkingskracht uit die, na een initiële verlegenheid, zich een geheime weg baant en, alle lagen van de bevolking infecterend, uiteindelijk de onschendbaarheid en legitimiteit van de banaliteit van de barbarij verzekert (de opkomst van het nazisme in Duitsland heeft aangetoond hoe het abstracte humanisme zich kon transformeren in een ongebreidelde wreedheid). Men moet daarentegen niet dulden dat de onmenselijkheid uit het verleden de herinnering vervaagt aan de grote bewegingen van emancipatie en hun meest radicale inhoud : de wil om de gealiëneerde mens te bevrijden en in hem de ware mensheid tot leven te brengen die van generatie op generatie weer de kop op steekt.
De toekomstige maatschappij heeft geen andere keuze dan het hernemen en ontwikkelen van de projecten van zelfbeheer die, van de Commune van Parijs tot de libertaire collectieven van het revolutionaire Spanje, de zoektocht naar harmonie baseert op de autonomie van het individu, zodat ieders geluk solidair is met het geluk van elkeen.
3 Het bankroet van de Staat verplicht de lokale collectieven ertoe een bestuur van het publieke domein op te starten dat beter aangepast is aan de vitale belangen van het individu. Het zou onrealistisch zijn te denken dat het bevrijden van territoria van de overheersing van de handel en het instellen van gebieden waarin de mensenrechten de rechten van handel en van rendement verbannen, zonder slag of stoot volbracht kan worden. Hoe moeten de enclaves van kosteloosheid worden beschermd, wanneer ze zich proberen te vestigen in een wereld die volledig wordt doorsneden en gecontroleerd door een wereldwijd systeem van plunder en van graaizucht ?
Het is in dit opzicht dat de kwestie opgeworpen door een perzische vriend me van bijzonder belang lijkt. Het gaat hier om het repressieve geweld van de islamitische dictatuur in Iran tegenover de oppositie, bewust van haar numerieke meerderheid maar ook van haar dramatische machteloosheid tegenover het leger, de politie en de “hoeders van de revolutie”, paramilitaire groepen bestaande uit delinkwenten waarvan de uitspattingen worden goedgekeurd door de godsdienstige macht. De volgende bedenkingen werden op zijn vraag geschreven.
Krijger noch martelaar.
“Wie meer kan, ook minder kan” is een pertinent principe wanneer wordt overwogen beroep te doen op geweld of op geweldloosheid, overal waar repressie heerst van een Staat, van een partij, van een klasse, van een maffia, van een godsdienst, van een ideologie en die een obstakel vormt voor de vrijheid van bestaan en van meningsuiting van het individu. Indien we erin slagen het probleem aan te pakken waar repressie het felst is, het meest meedogenloos, dan zullen we ook in staat zijn er de besluiten uit te trekken voor de landen waar het democratische formalisme de uitwassen van de barbarij beperkt. Het spreekt vanzelf dat wanneer we landen vergelijken zoals Iran, Saoedi-Arabië, Algerije, Frankrijk, Italië, Rusland, China, Verenigde Staten van Ameria, Colombië … de omstandigheden van onderdrukking erg verschillend zijn. De zaak in overweging nemen met het voorbeeld van Iran, Noord-Korea of Myanmar in gedachte, lijkt me van aard te zijn gepaste antwoorden te bieden voor landen die het minder gewoon zijn beroep te doen op wreedheid.
We stonden tot nu toe altijd voor een alternatief : of de vastberadenheid een einde te maken aan het repressieve geweld voerde ons op het terrein van de vijand en installeerde een gelijkaardig geweld maar van tegengestelde zin, ofwel greep de weerstand tegen de tirannie terug op passief verzet, zoals de geweldloosheid van Gandhi met onmiskenbaar succes deed.
Echter, indien het pacifisme van Gandhi het haalde van de engelse bezetting, dan was dat omdat het tegenover een tegenstander kwam te staan die, hoewel meedogenloos, toch verbijsterd of zelfs verlamd was in zijn reacties ten gevolge van een filantropisch formalisme, een residuele ethiek, een oorlogsdeontologie die hem ervan weerhielden over te gaan tot massamoord op een vijandige maar ongewapende bevolking.
Ondanks haar hypocrisie bracht een soort militaire fair-play de taktische vastberadenheid in verlegenheid die zou hebben voorgeschreven de opstandige beweging van bij aanvang en zonder aarzelen te versmachten. Het is geweten dat de diplomatische wijsheid van Lord Mountbatten van doorslaggevend belang was bij de overwinning van de populaire eisen. Daarentegen is het gandhisme volledig hulpeloos gebleken tegenover een macht die weinig last heeft van ethische bekommernissen, zoals het Apartheidsregime van Zuid-Afrika. De junta van Myanmar aarzelt evenmin om menigten van vreedzame betogers op mitrailleurvuur te onthalen. En ook Iran houdt zich aan dezelfde repressieve logica.
Welk antwoord voorziet de guerrilla ? Telkens ze zegevierde, deed zich het ergste voor. De triomf van de wapens eindigt altijd in een bittere menselijke nederlaag.
De fundamentele vergissing van de gewapende strijd is de voorrang die ze verleent aan het militaire doel in plaats van het scheppen van een beter leven voor iedereen. Binnendringen in het territorium van de vijand om zich van hem meester te maken, wil vandaag zeggen dat de levenswil wordt verraden door de machtswil. De communards [https://nl.wikipedia.org/wiki/Commune_van_Parijs_(1871)] die zich meester maken van de kanonnen maar er niet aan denken zich het geld van de Bank van Frankrijk toe te eigenen en vergeten welk gebruik ze ervan hadden kunnen maken, bevinden zich wat later in de minderheid tegenover de troepen van Versailles. Het is geweten hoe, in naam van de revolutie, het militaire bolsjevisme de eerste sovjets verplettert, de matrozen van Kronstadt, de Machnovisten, en later de libertaire gemeenschappen in Spanje. Met de nodige omzichtigheid wat betreft de verhoudingen, was het ook de zogeheten communistische partij en de stalinistische geest die de essentie van de beweging van mei 68 leegzoog (de opstandige impuls werd in dit geval niet gedwarsboomd door een guerrilla, maar door het bedroevende voortbestaan van het idee van de macht).
Is het echt nodig om in herinnering te brengen dat waar ook de guerrilla overwon – in het China van Mao, in Vietnam, in Cambodja, in Cuba – de gewapende ideologie een ideologisch wapen werd dat de vrijheid vernietigde onder het voorwendsel ervoor te vechten ? De weerzinwekkende slogan “de macht komt uit de loop van het geweer” is vooral gericht tegen iedereen die afwijzend staat tegen elke vorm van gezag. En die slogan heeft minder slachtoffers gemaakt in de rangen van de contrarevolutionairen dan onder de revolutionaire vijanden van de tirannie.
We zijn daarentegen gunstiger gezind tegenover de gebeurtenissen van Frankenhausen, waar de duitse opstandige boeren en dorpelingen in 1525 geen verzet boden en zich lieten afslachten door het vorstelijke leger omdat ze rekenden op de steun Gods, waarbij ze het gezegde van Bussy-Rabutin vergaten “God staat altijd aan de kant van de grote bataljons”.
Hebben we nood aan een recenter voorbeeld ? In Actéal, een Mexikaans stadje, werden op 22 december 1997 in een kerk waar ze aan het bidden waren, 45 personen, hoofdzakelijk vrouwen en kinderen, vermoord door paramilitaire autochtonen. De slachtoffers waren lid van de Abejas, de bijen, een groep pacifistische christenen die alhoewel nauw aanleunend bij de Zapatisten, een absolute geweldloosheid aanhingen. De reden voor een dergelijke wreedheid heeft te maken met de nederzettingen van de Abejas op gronden die werden opgeëist door andere inheemse leden van de corrupte regeringspartij, de PRI (De Institutioneel Revolutionaire Partij).
Afgezien van de weerzin die wordt opgewekt door dergelijke gruweldaden, hoe kan je verontwaardigd zijn over de folteraars zonder die christelijke hang naar martelaarschap en naar zelfkwelling aan te klagen die als een rode lap werkt op de lafaards en zelfs de grootste twijfelaars over de streep van de wreedheid van de bullebak trekt. Ook de grootste bangerik weet goed genoeg dat hij niets riskeert wanneer de slachtoffers zich weigeren te verdedigen, wanneer ze hun keel onmiddellijk het mes aanbieden.
We moeten aandachtiger zijn voor wat zich in ons gedrag vertaalt naar een uitnodiging aan de vijand en hem aanspoort tot de aanval, omdat we hem, zonder er ooit bewust van te zijn, de deur hebben geopend.
Hoe bereiken onze tegenstanders hun doelen ? Dikwijls door ons te overtuigen van het absurde geloof in hun almacht. Ze wakkeren de angstreflex aan die de onoverwinnelijkheid van de oude wereld onderschrijft, zelfs wanneer die op instorten staat. Het rampzalige gevolg van dergelijk dogma ligt niet alleen in de berusting en het fatalisme van de menigte, maar eveneens in het aanwakkeren van de wanhopige moed die tot de stormloop aanspoort met het gevoel naar de dood te snellen in een strijd die hoe zinlozer hij is hoe meer roem er te rapen valt.
Maar hoe is het eigenlijk gesteld met dat repressieve arsenaal waarvan het vernuft een onweerstaanbare en verbluffende slagvaardigheid doet vermoeden ? De alomtegenwoordige technologische waakzaamheid heeft de vernietiging van de beide torens in Manhattan aan de hand van ambachtelijke en beperkte middelen niet voorkomen. En eerder al werd de onoverwinnelijke geachte Maginot lijn belachelijk gemaakt toen het duitse offensief ze gewoon straal negeerde.
Wanneer de bewakingsnetwerken dergelijke tekortkomingen vertonen in hun strijd tegen de permanente dreiging van vernietigende krachten, hoe zouden ze dan doelmatig kunnen optreden tegen acties die niet gericht zijn op de vernietiging ervan maar op het stichten van een radicaal andere samenleving die in staat is de vogelverschrikkers, versierd met kalashnikovs en kernwapens, voorbijgestreefd en belachelijk te maken ?
Maar ik keer terug naar de vraag : wat kan er worden gedaan wanneer we weigeren weerloos te blijven tegenover de geweren van de onderdrukking en bovendien afzien van het gebruik van dezelfde wapens die tegen ons worden gebezigd ?
Het debat is geopend. Ik heb geen enkel onweerlegbaar of beslissend argument voor te stellen. Ik wil enkel het debat wat verduidelijken en enkele opmerkingen voorleggen.
De beste verdediging bestaat erin zich niet op het terrein te begeven waar de vijand ons opwacht en hoopt ons te vinden. Hij kent alle spleetjes en meanders van het gebied onder controle van de koopwaar en alle gewoonten en gedragspatronen die hij instelde (plunder, concurrentie, competitie, gezag, angst, schuldgevoel, fetisjisme van het geld, hebzucht, cliëntelisme). Hij is daarentegen volledig in het ongewisse over het leven en de onmetelijk creatieve bronnen ervan.
Een eerste voorzorgsmaatregel voor onze veiligheid ligt dan ook in het uitroeien, in de vergaderingen, van elke vorm of drang naar macht of hiërarchische organisatie. De praktijk van de individuele autonomie is een voorwaarde en uitgangspunt van het zelfbeheer. Dit is wat de VOCAL beweging in Oaxaca nastreeft te bewerkstelligen in de volksvergaderingen die de eigen beslissingen doorgeven aan de afgevaardigden en elke inmenging weigeren van partijen, vakbonden, politieke groepen, cliëntelistische demagogen.
De samenhang kan alleen steunen op een project van individueel en sociaal leven. De toekomst zal toebehoren aan lokale collectieven die in staat zijn globaal te denken. Waarmee ik bedoel : die inzetten op hun radicaliteit en op de verspreiding ervan door de basis te werpen van een Internationale van de mensheid. Dit is de enige manier om de valstrik te vermijden van het communitarisme dat wordt opgewekt door het Staatsjacobinisme.
Het idee van de buurtcomités die in Oaxaca werden opgericht, verdient het te worden onderzocht als een mogelijke piste. Mexico is Iran niet, verre van, maar het is ook Europa niet. In Oaxaca moorden paramilitairen met goedkeuring van een despotische regering die nood heeft aan betrokkenen die besmet zijn met de kiemen van corruptie inherent aan de macht, elke macht. Zo’n regering heeft nood aan partijen, vakbonden, facties. Ze vindt die moeiteloos, voelt zich er goed bij en kan ze dus, naargelang de omstandigheden, verpletteren of ermee omgaan.
De buurtcomités daarentegen hebben geen ander doel dan de belangen van de lokale bevolking verdedigen. Ze doen dit door de problemen van de mensen en van de dingen aan de basis aan te grijpen, zodat wat wordt ondernomen ten gunste van enkelen ook ten goede komt aan het grootste deel van hen (nogmaals, dit is het principe van het lokale niveau dat onafscheidelijk is van het globale). De buurtcomités zijn geen gewapende bedreiging, noch een herkenbaar gevaar voor de macht. Ze zijn amper een dorp als dusdanig, er is slechts sprake van voedselvoorziening, water, energie. Er ontwikkelt zich een solidariteit omtrent ogenschijnlijk onschuldige onderwerpen, die een mentaliteitswijziging teweeg brengt en een leerschool is voor de bewustwording en de vindingrijkheid. Op die manier verliezen de gelijkheid tussen man en vrouw, het recht op geluk, de verbetering van het dagelijkse leven en van de omgeving hun abstracte eigenschap en wijzigt het gedrag.
Door bij voorrang aandacht te besteden aan de vragen die het dagelijkse leven oproept, verliezen de problemen die traditioneel worden opgeworpen door de ideologie, de godsdiensten en de oude politiek – die de politiek is van de oude wereld – langzaam hun belang. Op die manier komt men tot de oorspronkelijke betekenis van het woord “politiek”: de kunst van het beheer van de stad, van het verbeteren van de sociale en psychologische omstandigheden waarin de bevolking verlangt te leven volgens haar eigen begeerten.
We hebben alles te winnen wanneer we een systeem aanvallen en niet de mensen die er gelijktijdig zowel verantwoordelijk voor zijn als slaaf van zijn. Toegeven aan de emotionele pest, aan de vendetta, aan uitbarstingen van woede en haat, staat voor deelnemen aan de chaos en aan het blinde geweld waar de Staat en zijn repressieve instellingen nood aan hebben om te blijven bestaan. Ik onderschat de woedende opluchting niet waaraan een menigte zich overgeeft waneer ze een bank in brand steekt of een grootwarenhuis plundert. Maar we weten dat de overtreding een eerbetoon is aan het verbod, dat ze niet meer dan een kortstondige uitweg biedt aan de onderdrukking. Ze vernietigt die niet, ze herstelt die. De onderdrukking heeft blinde revolte nodig.
Ik zie daarentegen geen enkele manier beter geschikt om het handelssysteem te vernietigen dan het verspreiden van het begrip en de praktijk van de kosteloosheid (hier en daar merken we bijvoorbeeld schuchtere pogingen om parkeermeters te saboteren vanwege het ongenoegen tegenover bedrijven die ons beroven van de plaats en de tijd die ons toebehoren).
Ontbreken de verbeelding en de creativiteit ons dermate dat we niet in staat zijn de verplichtingen uit te roeien die verbonden zijn aan de zwendel van privé- en overheidslobbies ? Welke middelen zouden die kunnen aanwenden om zich te verzetten tegen een collectieve beweging die de kosteloosheid van het openbaar vervoer uitvaardigt, die weigert om taksen en belastingen te betalen aan de Staat-bedrieger en om ze tot genot van iedereen regionaal te investeren in hernieuwbare energie, in het verzekeren van de kwaliteit van de gezondheidszorg, van het onderwijs, van de voeding, van het natuurlijke milieu ? Of is het misschien niet door het herstel van een echte nabijheidspolitiek dat we de basis zullen leggen van een samenleving in eigen beheer ? In plaats van stakingen van het openbaar vervoer die de verplaatsingen van de bevolking bemoeilijken, waarom integendeel niet beslissen ze gratis te laten rondrijden ? Zou dat geen viervoudig voordeel inhouden : het schaadt de rendabiliteit van de transportfirma’s, het vermindert het profijt van de petroleumlobby, het doorbreekt de bureaucratische controle van de vakbonden en bovenal, het wekt de massale aanhang en steun van de gebruikers op ?
We worden bedolven onder valse problemen die de ware verdoezelen. De onophoudelijk gemanipuleerde publieke opinie manipuleert eigenlijk wat alleen het individu aanbelangt : de onvoorspelbaarheid van de dagelijkse begeerten die men wil waarmaken en de middelen die nodig zijn om de kettingen af te werpen die dit verhinderen. Wat is het gewicht van alle praatjes over een crisis waar we uit moeten raken zonder eruit te geraken, van alle wanhoop om te moeten werken, zich te vervelen door te verteren, de eigen passies af te zweren, steeds meer te bezitten en alle vreugde van het zijn te verliezen ten voordele van een hebben waarvan het bankroet reeds is geprogrammeerd ?
Samen met het bedrog van de emancipatie (liberalisme, socialisme, communisme) hebben het consumentisme en het cliëntelisme van de zogeheten democratische regimes het klassenbewustzijn vernietigd dat een groot aantal sociale verworvenheden wist te ontrukken aan het kapitalisme. We werden door abstracte ideeën door het slijk en het bloed gesleurd. De “Zaak van het Volk” werd het volk ontstolen en heeft het de rug gebroken [https://fr.wikipedia.org/wiki/La_Cause_du_peuple].
De enige radicaliteit zit in de terugkeer naar het fundament, de basis, de radix. Zo worden de valse vragen geëlimineerd die de emotionele chaos voeden ten nadele van de bewustwording. Het debat over “de islamitische hoofddoek” lijkt me bijvoorbeeld treffend voor het spektakel dat ons recht op een authentiek leven recupereert en vervalst. Deze polemiek, vol met in het luchtledige ronddraaiende rechtvaardigingen en veroordelingen, puritanisme en laksisme, onderdrukking en vrijheid, verbod en overtreding, verbergt een geleefde realiteit : de toestand waartoe de vrouw wordt gereduceerd. Het spektakel haalt zijn brood en spelen uit oneindige debatten over randverschijnselen, franjes : tekens van vrijwillige onderdanigheid, bewuste provocatie, folklore, uiting van gemeenschapsgevoel, godsdienstige keuze, reactie tegen de publicitaire minachting van de vrouw, erotische suggestie van een gemaskerde charme, schipperen tussen koketterie en goedgelovigheid, uitdrukking van een zekere onaantastbaarheid, handige manier om zich te beschermen tegen aanranding en intimidatie door mannen met slijmerige blikken vol frustratie die het zich in de patriarchale traditie kunnen veroorloven.
Eigenlijk bevindt de ware strijd zich niet hier, maar aan de basis, in de gezamenlijke emancipatie van de man en van de vrouw, in het weigeren van de apartheid, van de uitsluiting, van een vrouwenhatend en homofoob gedrag. Het moet gedaan zijn met die valse debatten, gedaan met de ideologie ! Ik heb in “Niets is heilig, alles mag worden gezegd” [Rien n’est sacré, tout peut se dire, 2003, niet vertaald in het nederlands] het principe verdedigd : verdraagzaamheid voor elk idee, onverdraagzaamheid voor elke barbaarse daad. Onze enige maatstaf is de menselijke vooruitgang, de vrijgevigheid van het gedrag, de verrijking van het dagelijkse bestaan. Het recht op leven is de waarborg van onze legitimiteit.
Macht speelt in op emoties. De irrationele angst die erdoor wordt opgewekt en verspreid is een bron van blind geweld waar de Macht uitstekend voordeel uit haalt. Het belang van de lokale collectieven, die willen beslissen over de eigen bestemming, die voorrang verlenen aan het instellen van een waarachtig en authentiek menselijk leven, ligt in het feit dat hun gebruiken mikken op het overstijgen van emoties in ruwe staat en het ontwaken van een poëtisch bewustzijn aanmoedigen.
Net zoals de boycot van kunstmatige producten, afgeleiden van de petrochemische en landbouwmaffia’s, zonder gevolg blijven wanneer men geen toegang heeft tot kwaliteitsvolle voeding, zal de wil om komaf te maken met het consumentisme, waar het hebben het zijn verdringt, minder gemakkelijk gehoorzamen aan ethische aansporingen dan aan de aantrekkingskracht van een vrij leven.
Gebruik maken van de wapens van de vijand opent de weg naar een geprogrammeerde nederlaag. Het tegengestelde leidt met evenveel zekerheid naar een andere vanzelfsprekendheid : hoe meer het gevoel zich verspreidt dat het leven en de menselijke solidariteit de enige fermenten zijn van een bestaan die naam waardig, hoe meer het onbehagen en de verwarring de vastberadenheid en het fanatisme zullen aantasten van de huurlingen van de partij van corruptie en dood.
Verschillende getuigenissen wijzen op de onzekerheden die knagen aan het groeiende aantal gepatenteerde moordenaars, of het nu gaat om iraanse “hoeders van de revolutie”, geronselde misdadigers van Hamas, israëlische soldaten waarvan de barbarij in de Gazastrook wordt aangeklaagd, moordenaars in Noord- en Zuid-Soedan, somalische plunderaars. Deze vaststelling maakt geen deel uit van een taktisch vraagstuk, het is geen militair vooruitzicht dat, te gemakkelijk, zou veronderstellen dat de vijand het eigen graf delft. Het benadrukt wel een waarschijnlijkheid : net zoals een financiële instorting zich aandient, bedreigt dezelfde ontwaarding de zelfmoorddadige vastberadenheid waarop de bureaucraten van de misdaad, de maffia’s van de barbarij rekenen voor hun profijt, om hun troepen te ronselen (meer nog omdat de oude godsdienstige en ideologische voorwendsels aan geloofwaardigheid inboeten en de fanatiekelingen beginnen te twijfelen aan de voogdij van een moordende God).
Het is in deze zin dat ik inzet op een toename, een uitbreiding en een verspreiding van de vitale bevruchtingsreactie van territoria onderhevig aan verwoestijning en van door de economie van de uitbuiting en haar maffioze bureaucratie gesteriliseerde gebieden. Onze creatieve rijkdom bezit het geheim om in het sociale en individuele leven ruimte en tijd voor te bereiden die eindelijk bevrijd zijn van de handelsonderdrukking. Alleen de poëzie ontsnapt aan het bijtende oog van de macht. De dood wijkt alleen voor de levenslust.
Twee voetnoten over zelfverdediging
1 Het Zapatistische Bevrijdingsleger (EZLN) bestaat uit enkele duizenden strijders, bewoners van het oerwoud. De vrouwen hebben in de vergaderingen van directe democratie voorgesteld en verkregen dat dit leger nooit offensief zal optreden en zich zal beperken tot een verdedigende functie.
Wanneer zapatistendorpen worden bedreigd door paramilitaire groepen dan houdt het EZLN zich erbuiten. De “junta’s van goed bestuur” vormen een menselijk schild met honderden partizanen en aanhangers die van overal toestromen. Journalisten en cameramensen van de televisie verslaan de gebeurtenissen zodat het spektakel door de hele wereld op de voet kan worden gevolgd. Dit volstond tot nu toe om de aanvallers op hun stappen te doen terugkeren.
2 In een indiaans verhaal gaan de dorpsbewoners klagen bij een wijze over de wreedheid van de reuzenslang die hen bijt en doodt. Het gefluit waarmee de slang haar komst aankondigt volstaat al om paniek te zaaien in het dorp. De wijze gaat op zoek naar de slang en slaagt erin haar te overhalen het dorp gerust te laten. De dorpelingen begrijpen vlug dat de reuzenslang vredelievend is geworden en bespotten haar, lachen met haar zachtaardigheid en vermaken zich door haar uit te dagen. Dit wangedrag beu doet de slang haar beklag bij de wijze. Wat moet ze doen ? De wijze denkt er even over na en zegt dan : “Ik heb je gevraagd om niet meer te bijten, niet om te stoppen met fluiten.”
AAN DE GRIEKSE REVOLUTIONAIREN
Gezellen, ik heb nooit gewanhoopt dat de revolutie van het dagelijkse leven de revolutie van het zelfbeheer is. Nu minder dan ooit. Ik ben ervan overtuigd, de barricaden van het verzet en van de zelfverdediging voorbij, dat de levende krachten wereldwijd ontwaken uit een lange slaap. Hun onweerstaanbaar en vredelievend offensief zal alle obstakels wegvegen die werden opgericht tegen de enorme levenslust van de ontelbaren die elke dag worden geboren en herboren. Het geweld van een te maken wereld zal het geweld verdringen van een zichzelf vernietigende wereld.
We zijn tot nu toe niets anders geweest dan hybriden, half mens, half beest. Onze samenlevingen zijn niets anders geweest dan uitgestrekte opslagplaatsen waar de mens werd teruggebracht tot koopwaar, waardevol en verachtelijk tegelijkertijd, onderworpen aan dwangarbeid en onderling inwisselbaar. We zijn een tijd aan het inhuldigen waarin de mens zijn bestemming van denker en schepper zal waarmaken om te worden wat hij nog nooit was : een volwaardig menselijk wezen.
Ik vraag het onmogelijke niet. Ik vraag niets. Ik koester hoop noch wanhoop. Ik wens slechts uit jullie handen en uit die van de volkeren van de hele wereld, de verwezenlijking mee te maken van een Internationale van de mensheid die de nu stervende handelsbeschaving en de partij van de dood die er de laatste stuiptrekking van is, zal begraven in het verleden.
Raoul Vaneigem, 17 juli 2010.
Het plezier van de italiaanse vertaling was van Sergio Ghirardi Sauvageon. (1 oktober 2010)
Het plezier van de vertaling uit het italiaans was van Geert Carpels. (30 januari 2025)
Reacties (0)
Voeg nieuwe reactie toe
Wij tolereren geen: racisme, seksisme, transfobie, antisemitisme, ableisme enz.