Anne Archet: Verweervuur en andere teksten
(Vertaling door Geert Carpels van Contre-feux et autres textes (Versie 2, juli 2020 te vinden op https://archet.net/ebooks/)
[Opmerkingen en verduidelijkingen tussen vierkante haakjes]
Het hele boek is als pdf hier te vinden
Intro van de vertaler:
Anne Archet, een schuilnaam die een vriend violist wel kan waarderen (archet = strijkstok), kwam ik op het spoor dank zij haar “Electorale basisbanaliteiten”. Ik viel van de ene verwondering in de andere.
Haar kritiek, haar woede, haar verweer tegen de Leviatan die ons vermaalt, heb ik zelden zo haarfijn uitgespeld op een rijtje gezet gezien. Ik koos voor “Verweervuur” omdat het niet alleen om een vuur gaat gericht tegen de maatschappij en de zogeheten beschaving maar vooral om een verweer uit de grond van het hart en dus voor het leven en haar vreugden, haar lusten.
Wanneer Carla Lonzi een halve eeuw terug schreef dat vrouwen hun eigen Kama Sutra niet hebben geschreven, dan mag duidelijk zijn (niet in deze tekstenbundel) dat Anne Archet een verfrissende stap in die richting zet. Haar literatuur voor één hand is grappig, origineel, opwindend, …
————–
Anti© Anne Archet 2018.
Gebruik deze teksten naar goeddunken. Schrijf je naam er maar onder als dat je plezier doet. Maar als je geld verdient met de verkoop ervan, dan kun je verwachten dat ik op een dag je huis kraak, je ijskast leegvreet en je kleren draag. Weg met alle eigendom!
Voorstelling van het boek
Essays voor een ander einde van de wereld
“In stilte steken we ons vlees in brand waardoor we plots de hele wereld afbranden – dat is ten minste onze bedoeling. Neen, eigenlijk is dat een leugen: ik ben triest pessimistisch wat betreft het tastbare effect van onze sublieme opstanden. Dit pessimisme verhindert echter niet dat het geluid van de kettingen waarmee wordt gerammeld mijn bloedarmoede een beetje kleur geeft.”
Verweervuur verzamelt sinds 2008 gepubliceerde anarchistische essais op Le blog flegmatique d’Anne Archet. Ik gebruik en misbruik “ik” om er zeker van te zijn dat niemand zich betrokken voelt met wat ik vertel, zelfs wanneer ik sociale problemen aankaart.
Inhoud
1 Verweervuur
2 Portret van de onzichtbare vrouw voor haar spiegel
3 Electorale basisbanaliteiten
4 Wat is eigendom?
5 Men heeft je het leven ontnomen? Steel het terug!
6 De smeris zit (ook) in ons hoofd
7 Laat je principes nooit je ethiek worden
8 Een handvol sibillijnse aforismen over het illegalisme
9 Subjectieve stellingen over geweld
10 Brief aan mijn medegevangenen
11 De familie is een kapotte bestelwagen die blijft rijden
12 Intieme anarchie
13 Hyperseksualisering mijn reet
14 Studenten, studentinnen, nog een kleine inspanning indien jullie de toegang tot het onderwijs willen verbeteren
15 We ontproletariseren
16 Lofrede op het vuur
17 De eeuwige nacht van de levende doden
18 Draden van list en draden van dood
19 De tweekoppige hydra
20 Het sleutelgat
21 Kwibus
22 Misprijzen
23 Basisbanaliteiten van het fascisme ingekort in makkelijk kauwbare brokjes, maar toch volkomen onverteerbaar
24 De weg naar nergens
25 De constructie van goesting, van begeerte
26 Vier keer afstand doen en één afschaffing
27 Wat we te verliezen hebben, verdient het te worden verloren
28 Domesticatie
29 De empirist in de tegenaanval
30 Brief aan een vriendin
31 Aan een jonge militante
32 Waarom iets eerder dan niets?
33 Beeldenstorm 101
34 Titel hier invoegen (tekst mislukken)
35 De maatschappij afschaffen
36 Een kwartier scherpzinnigheid
37 Het einde
Verweervuur
(Negen zedenspreuken voortspruitend uit een stormachtige migraine)
1 In stilte steken we ons vlees in brand waardoor we plots de hele wereld afbranden – dat is ten minste onze bedoeling. Neen, eigenlijk is dat een leugen: ik ben triest pessimistisch wat betreft het tastbare effect van onze sublieme opstanden. Dit pessimisme verhindert echter niet dat het geluid van de kettingen waarmee wordt gerammeld mijn bloedarmoede een beetje kleur geeft.
2 Samenwerken is een manier om te beginnen leven – of op zijn minst, gedurende een kort moment, een voorproefje van wat leven werkelijk is. Vanop de hoogte van mijn toren heb ik lang zuster Anna gespeeld, ik heb lang de horizon afgespeurd en ik heb niets zien komen. Er is niets in de verte, buiten deze wereld, er zijn geen braaklanden buiten het kapitaal. Deze vaststelling weerlegt in niets de begeerte om collectief de wetten en jukken van deze wereld te weigeren, want het biedt een vitale uitweg aan onze negativiteit en tezelfdertijd maakt het een beetje plaats waar we kunnen ademen. De tijd van het genot is niettemin kort en de ontbinding van onze zones van vrijheid is onvermijdelijk.
3 De adem kunnen inhouden is het meest waardevolle talent van de eeuwige drenkelingen.
4 Meestal, en voor de meesten onder ons, is de wederzijdse herkenning en vereniging onmogelijk. We blijven alleen, op drift in de lauwe en verontreinigde wateren van de post-fordistische, post-industriële, postmoderne, post-factuele, post-progressieve en post-humane maatschappij. De sterksten en meest vastberaden onder ons steken vuren aan en richten heidense gebeden aan het niets, smekend om een einde aan de horror, ooit, voorgoed. Wat mij betreft, mijn hoop ligt aan flarden en mijn geloof is vervallen. Ik ben de enige niet; we zijn met miljoenen en miljarden, de gedachten in lompen en een zieltogend lijf, die rottend in de gevangenis of op een kantoor met synthetische lucht, de genadeslag geven aan onze begeerten met een injectienaald of een missaal, tenzij we, afgestompt en verrukt, de eeuwige stoet van beelden aanschouwen waarmee men ons volstouwt, het lijf gewillig. Meestal, en voor de meesten onder ons is er geen antwoord, geen oplossing, er is slechts een eindeloze en hopeloze zoektocht naar liefde en kameraadschap.
5 Een gedicht schrijven, een bom leggen, een petitie tekenen, een motie voorleggen aan de algemene vergadering, eten uit een afvalcontainer, voor een socialistische kandidaat stemmen, een stukje schrijven voor een blog, het winterpaleis innemen, een bank in brand steken en naakt op straat lopen zijn daden die allemaal hetzelfde effect hebben op de instellingen van de macht. Ik laat het over aan jullie scherpzinnigheid om te raden welk.
6 Zelfs indien we heel ons bestaan opofferen aan het bouwen van een betere wereld, zullen we die nooit oprichten. Niet omdat de kans op slagen klein is (de zekerheid van een mislukking is op zich geen reden die ons verhindert onze begeerten in gang te zetten), maar wel omdat ideale steden, net zoals echte steden, alleen op lijken worden gebouwd.
7 De opstand is een oefening in het scheppen van negatieve ruimten van vrijheid. Met negatief bedoel ik de ontbinding van machtsinstrumenten die op ons inwerken. Met wat geluk duurt die ontbinding lang genoeg om te proberen genieten en om te beginnen met leven, maar haar halfwaardetijd is bijna altijd te kort om wat dan ook van blijvende aard op te bouwen. Dit is een geluk bij een ongeluk omdat de tegen-instellingen die we geduldig, ellendig en met veel moeite in volle daglicht opbouwen, onveranderlijk gaan lijken op de orde die ze in principe moeten bestrijden. Erger nog, meestal beginnen ze te functioneren om het voortbestaan te verzekeren van het onontwarbare kluwen van onze onderdrukkingen. In deze woestijn van gelijkvormigheid die zich uitstrekt zo ver het oog reikt, in die zachte nachtmerrie die de minste zucht van opstandigheid omvormt tot koopwaar, worden uiteindelijk zelfs de meest vernuftige constructies, zelfs de meest gedurfde daden van wederzijdse hulp en samenwerking, tot de woordenschat van het oproer toe, wapens die men gemakkelijk tegen ons keert.
8 Zich inbeelden een verlichte voorhoede, avant-garde te zijn, denken de messiassen te zijn van de verdoemden der aarde of zich ervan overtuigen het antigif te zijn voor een maatschappij die de mensheid elke dag haar gif indruppelt, is in het beste geval belachelijk. In het slechtste geval leidt deze altruïstische en verwaande ambitie recht naar een ramp. Laten we eerder de druppel bloed zijn die uit een gezwollen mond vloeit en die de emmer doet overlopen. Laten we de vleugels en vuisten van Nemesis zijn. Laten we de spie zijn die de sokkel van de eeuw doorklieft. Laten we gewoon onszelf zijn, en uitsluitend voor onszelf.
9 Vluchten, dat is niet deze wereld verlaten, want hij heeft geen uitweg. Vluchten, dat is zich buiten het zicht van het gedrocht plaatsen, in de dode hoek van de vleesmolen. Vluchten, dat is tunnels graven onder kathedralen en wegglippen zodra de sluitsteen dreigt te vallen. Vluchten, dat is de leegte bezetten en er groeien. Dat is groeien als een tumor tot de huid wordt doorboord en openbarst. Het kapitaal heeft ons in belachelijke kledij geperst die onze bewegingen beperken en ons amper in staat stelt te overleven, kortademig. Het kapitaal heeft onze begeerten gedicteerd, onze behoeften en onze dromen. Zelfs onze vriendschappen en onze liefdes ademen de walgelijke stank van plastiek uit. We moeten vluchten door aan het sociale weefsel te rukken tot het scheurt. Dan pas, in de strelende stilte die altijd het puin omhult, kunnen we met volle teugen ademen, dronken van dauw.
Het hele boek is als pdf hier te vinden
Reacties (0)
Voeg nieuwe reactie toe
Wij tolereren geen: racisme, seksisme, transfobie, antisemitisme, ableisme enz.