Wat is precies het "systeem" waartegen we vechten? - Eric Laursen

De volgende tekst werd op 5 juni, 2021 gepubliceerd door roarmag.org en geschreven door Eric Laursen, vertaling door Forum voor Anarchisme
Het systeem is de staat, een complex mechanisme dat de regering, kapitalisme, patriarchaat en imperialisme omvat. Het zal niet verdwijnen totdat we het dwingen.
Het systeem" is terug. En het is de hoogste tijd om er weer over te praten.
Vijftig jaar geleden, in de tijd van de oorlog in Vietnam, de verzetcultuur en de wijdverbreide vraagtekens bij de regering, gebruikten veel prominente schrijvers, om niet te spreken van de activisten van alledag, dit steno om de macht te omschrijven waartegen zij vochten. Vandaag, in het tijdperk van dark money, neoliberaal kapitalisme, straffeloosheid van de politie en de eeuwige oorlogen van de VS, hebben we nog steeds een manier nodig om coherent na te denken over deze problemen, over de krachten die ze veroorzaken en moeten we uitzoeken hoe we terug kunnen vechten - zonder te vervallen in een of andere linkse versie van QAnon.
In het nieuwe boek van Robert Reich, The System: Who Rigged It, How We Fix It, is het systeem in wezen een oligopolie van rijke kapitalisten en bedrijfseigenaren die de democratie misbruiken om hun belangen te beschermen en uit te breiden. In The Sickness Is the System van econoom Richard D. Wolff, dat eind vorig jaar verscheen, is dat het kapitalisme zelf, dat volgens hem een terminaal crisispunt nadert.
Naomi Klein, die haar nieuwe boek voor jonge activisten, How to Change Everything, promoot, geeft geen specifieke definitie, maar ze noemt het steeds weer opnieuw. "Het is het systeem dat letterlijk gewoon doorgaat met business as usual dat ons naar de ineenstorting brengt," zegt ze, verwijzend naar de klimaatcrisis. "Het systeem zelf is een mislukking. Het systeem zelf moet veranderen."
Zoals de ondertitel van Reichs boek impliceert, denkt hij niet dat het systeem per se iets slechts is. Het werkt alleen niet zoals wij dat willen. En dat kan verholpen worden. Klein zegt dat het systeem "een mislukking" is. En zegt dat het veranderd kan worden. Maar kan dat? En zo ja, waarom zou de staat dat willen?
Het beantwoorden van deze vragen en het vinden van een weg vooruit is urgent, omdat de mensheid voor drie enorme uitdagingen staat: ten eerste, de oprukkende en onderling samenhangende catastrofes van klimaatverandering en ecologische vernietiging; ten tweede, toenemende economische ongelijkheid en machtsconcentratie; en ten derde, de noodzaak om zich aan te passen aan een enorme toename van menselijke migratie die voor het eerst de hele wereld verandert in een werkelijk multiculturele samenleving. Het eerste kan de aarde onbewoonbaar maken. Het tweede devalueert menselijke arbeid en daarmee de waarde van mensen buiten een kleine, bevoorrechte groep. De derde zou kunnen resulteren in ofwel een rijkere menselijke wereld dan we ooit hebben gehad, ofwel een gewelddadig nieuw regime van raciale uitbuiting en uitsluiting.
Het systeem is er niet in geslaagd deze uitdagingen aan te pakken, en heeft soms opzettelijk geweigerd dit te doen. Werken binnen het systeem heeft niet gewerkt, en we hebben niet veel tijd meer om het te vervangen door iets wat wel werkt. Het systeem is echter zo opgezet dat het elke mogelijkheid uitsluit om erbuiten te werken. Het hervormen ervan is niet genoeg. Het omverwerpen is niet genoeg, als dat alleen maar betekent dat er iets soortgelijks voor in de plaats komt. We moeten een manier vinden om eraan te ontsnappen.
Wat betekent het om aan het systeem te "ontsnappen"? Het betekent dat we ons moeten bevrijden van de mentaliteit die ons ertoe brengt het te aanvaarden en te reproduceren. Dit begint met een beter begrip van waar we aan ontsnappen. Misschien is het systeem iets anders, iets dat altijd al onder onze neus lag. Laten we het de moderne staat noemen.
De moderne staat - met een hoofdletter S - verwijst niet naar individuele staten, maar eerder naar het hele systeem waar ze deel van uitmaken: de politieke, sociale, economische en culturele orde waarin we leven, inclusief kapitalisme, patriarchaat, imperialisme en raciale en genderhiërarchieën, die allemaal samenwerken als een enkel, complex mechanisme. We kunnen het zien als een uitgebreid besturingssysteem voor het ordenen en controleren van functies en relaties tussen de menselijke samenleving, economie, bevolkingen, en de natuurlijke wereld, analoog aan een digitaal besturingssysteem zoals Windows, Unix of MacOS.
Een besturingssysteem wordt door Wikipedia gedefinieerd als "systeemsoftware die computerhardware en softwarebronnen beheert, en gemeenschappelijke diensten verleent aan computerprogramma's". Net als de staat is het een van de bepalende scheppingen van de moderne wereld. Het belangrijkste kenmerk van een besturingssysteem is dat het een computer in staat stelt snel en efficiënt te werken en te multitasken; "gedistribueerde" besturingssystemen kunnen ook meerdere computers met elkaar in een netwerk verbinden en ze als één geheel laten functioneren.
Net als een staat "bestuurt" een besturingssysteem de programma's en applicaties die eronder vallen en ermee zijn verbonden, alsmede, tot op zekere hoogte, de personen die gebruik maken van deze hulpmiddelen en bronnen. Het definieert ons in relatie tot zichzelf, en tot elkaar, als "gebruikers", en kan ons belonen, onze verzoeken afwijzen, of ons zelfs de toegang ontzeggen, al naar gelang zijn behoeften. Het kan ons ook controleren en surveilleren. Verwijzend naar gigantische metaplatforms als Android en Apple, merkt de Duitse socioloog Philipp Staab op 1: "Hun eigen systemen worden voortdurend geoptimaliseerd voor maximaal gemak, om de noodzaak om over te stappen op een ander systeem te verminderen. Aan de andere kant maken ze het gebruikers zo moeilijk mogelijk om bepaalde diensten buiten hun eigen ecosysteem te gebruiken."
Dit is ons uitgangspunt voor het begrijpen van het systeem - dat wil zeggen, de moderne staat. Het centrale kenmerk ervan is de juridische, administratieve en besluitvormingsstructuur die wij "regering" noemen. Maar de moderne staat is een veel groter, complexer verschijnsel, een alomvattend middel om macht te organiseren en uit te oefenen dat, als het eenmaal is gelanceerd, zich uitbreidt om steeds meer aspecten van het bestaan te bestrijken volgens een eigen richting en logica.
"De staat kon nooit het middel zijn voor een speciaal of vastomlijnd doel, zoals het liberalisme het opvatte," schreef de Duitse anarchist Rudolf Rocker in zijn klassieker Nationalisme en Cultuur; "het was veeleer, in zijn hoogste vorm, een doel op zich, een doel dat volstond voor zichzelf."
Tegelijkertijd, en opnieuw zoals een computerbesturingssysteem, is de moderne staat geen materieel object of entiteit. De verschillende stukken "hardware" die we ermee associëren - grote, imposante neoklassieke regeringsgebouwen, militaire complexen, wegen, monumenten - zijn slechts materiële containers en symbolen van de immateriële werkelijkheid. Een besturingssysteem is software, een verzameling ingebedde commando's die een machine aansturen die een computer wordt genoemd. Ook de moderne staat is "software": een verzameling ideeën, doctrines, commando's en processen die de inzet van mensen en hun gebruik van fysieke middelen sturen.
Net als een besturingssysteem vormt het een netwerk van instellingen, organisaties en minder formele groepen, waaronder de regering, maar ook vele andere: ondernemingen, banken, andere financiële instellingen en andere steunpilaren van het kapitalisme; instellingen zonder winstoogmerk en liefdadigheidsinstellingen; zogenaamde maatschappelijke groeperingen en politieke partijen; en zelfs basiseenheden als gezinnen en huishoudens. Andere instellingen en groeperingen die deel uitmaken van de moderne staat verlenen culturele en zelfs paramilitaire steun aan de sociale orde, versterken de georganiseerde religie en versterken de raciale en gender-gelaagdheid: bijvoorbeeld de extreme vleugels van het nativistische Alternative für Deutschland; de hindoe-nationalistische Rashtriya Swayamsevak Sangh (RSS) in India; en het Amerikaanse Legioen, de Ku Klux Klan, de National Rifle Association, militiegroepen, de Proud Boys of de Southern Baptist Convention in de Verenigde Staten.
Wie "controleert" dit specifieke besturingssysteem? Het is bedacht, ontworpen en gebouwd door mensen; zodra het besturingssysteem echter is gelanceerd, begint het systeem de individuen die het verfijnen en erop voortbouwen te kneden, hun inspanningen te kanaliseren en hen in bepaalde richtingen te sturen, volgens de richtlijnen en beperkingen die het oplegt. Toekomstige ontwikkelaars en ontwerpers hebben in wezen allemaal dezelfde taak, hoe verschillend hun specifieke projecten ook zijn: het besturingssysteem te bouwen en te reproduceren.
Op dezelfde manier wordt de moderne staat door mensen bedacht en in gang gezet; zodra hij is gevestigd, absorbeert, reguleert en onttrekt hij waarde aan steeds meer activiteiten van de samenleving. De Italiaanse anarchist Errico Malatesta, die over het algemeen "regering" en "staat" door elkaar gebruikte, verwoordde het als volgt: "De regering, hoewel voortgekomen uit de bourgeoisie en optredend als haar dienaar en beschermer, heeft de neiging, zoals bij iedere dienaar en beschermer, om haar eigen emancipatie te bereiken en te domineren over degene die haar beschermt."
Hoewel hun opvattingen verschillen over zaken als oorlog, vrede, sociaal welzijn en rassenverhoudingen, zijn een groot aantal individuen en sociale lagen, van kapitalisten en intellectuelen tot ingenieurs en klerken en arbeiders, allemaal bezig met dezelfde taak: het opbouwen en reproduceren van de moderne staat. Om een veelgehoorde bewering op zijn kop te zetten: als je niet tegen de staat bent, ben je er voor.
Maar dit vertelt ons nog steeds niet waarom we ons moeten ontdoen van de moderne staat. Wat heeft dit systeem van sociale organisatie ons aangedaan dat we eraan moeten ontsnappen?
Het gebod van de moderne staat is meer en snellere economische groei, die nodig is om zijn controle uit te breiden, zowel dieper in zijn gebied en bevolking, als naar buiten toe totdat het de hele planeet bedekt. Voor voortdurende economische groei is kapitaal nodig: meer en meer ervan. Er ontstaat een feedback loop
De drie menselijke crises die we eerder noemden - klimaatverandering, economische ongelijkheid en massale sociale ontwrichting die tot massamigratie leidt - zijn het cumulatieve product van dit zichzelf in stand houdende proces. Op verschillende manieren is een groot aantal rampen met krantenkoppen hierop terug te voeren: het dodelijke gaslek in de Union Carbide-fabriek in Bhopal, India, in 1984; de enorme olielekkage door het boorplatform Deepwater Horizon van British Petroleum in 2010; de promotie door Purdue Pharma van zeer verslavende opioïden; en de nalatigheid waardoor in 2019 twee Boeing 737 Max-vliegtuigen neerstortten en 346 mensen om het leven kwamen. Last but not least is er de uitbraak van COVID-19, die het gevolg is van agressief binnendringen van mensen in dierenleefgebieden en die tot een pandemie is uitgegroeid door de schokkend incompetente reactie van de moderne staat.
In het streven naar economische groei en de macht die dat oplevert, is echter alles mogelijk. Een van de belangrijkste functies van de moderne staat is in feite het normaliseren van geweld door leiders. Als gevolg daarvan hebben de grootste uitbarstingen van geweld in de geschiedenis van de mensheid zich allemaal voorgedaan in het tijdperk van de moderne staat. Wereldwijd is het aantal doden als gevolg van conflicten, zowel in absolute aantallen als in verhouding tot de wereldbevolking, gestaag toegenomen - en vervolgens in de 20e eeuw geëxplodeerd, toen bijna 110 miljoen mensen omkwamen, wat neerkomt op meer dan 4 procent van de totale menselijke bevolking. Daartoe behoren de doden ten gevolge van de atoomaanvallen op Hiroshima en Nagasaki, waarbij de moderne staat een van zijn meest kenmerkende geschenken aan de mensheid onthulde - kernwapens - en de massale en systematische poging van de nazi-staat om de Europese joden uit te roeien. Ter vergelijking: in de 19e eeuw vielen er acht miljoen doden in de strijd en in de 18e eeuw, toen de eerste conflicten plaatsvonden die als wereldoorlogen konden worden beschouwd, "slechts" vier miljoen.
Maar de moderne staat (samen met staatsgeweld) is niet alleen een belemmering voor het soort wereld dat we willen hebben - het is wat we in plaats daarvan hebben. De moderne staat heeft ons geleerd hem te zien als een vervanging of misschien een steno voor het collectief of de gemeenschap, als het middel waarmee we samenwerken en beslissingen nemen als samenleving, de verstrekker van onze gemeenschappelijke opvoeding en cultuur, ons mechanisme voor de zorg voor de minderbedeelden, ons bolwerk tegen geweld. Elke groep of organisatie die probeert te concurreren of een alternatief te bieden moet daarom worden geabsorbeerd of verdrongen of anders als vijand worden bestempeld en door de staat worden vernietigd.
De boodschap is eenvoudig: de staat is wat we hebben, de enige levensvatbare manier om de doelstellingen van de gemeenschap te bereiken. De vastberadenheid van de moderne staat om elke ontsnappingsmogelijkheid uit te sluiten is een van zijn voornaamste doelstellingen, evenals het nastreven van economische groei tegen elke prijs.
De moderne staat is er nog steeds, deels omdat hij conflicten, tegenstellingen en onrechtvaardigheden onder het tapijt van het publieke discours weet te vegen. Maar de moderne staat heeft zelf crises gecreëerd waarvoor hij niet is toegerust en die niet langer kunnen worden verborgen: klimaatverandering, pandemieën, toenemende ongelijkheid, sociale ontwrichting als gevolg van economische globalisering. Als we deze problemen willen oplossen op een manier die niet onvoorstelbaar wreed is, zullen we ze buiten het kader van de moderne staat moeten aanpakken.
Om dat te doen, moeten we eerst onze geest bevrijden van de staat. We moeten de valse veronderstelling laten varen dat de materiële vooruitgang die de afgelopen 500 jaar is geboekt - en alles wat de mens in de toekomst zou kunnen bereiken - alleen binnen het kader van de staat tot stand had kunnen komen. De overheid - de instelling waarop leiders op het gebied van burgerrechten, burgerrechtenactivisten, vakbondsactivisten, feministische en LGBTQ-activisten en immigranten die asiel zoeken al zovele jaren een beroep doen om het juiste te doen en hun recht te geven - is uiteindelijk het grootste obstakel in hun strijd. Dit is een harde waarheid voor mensen die hun hele leven hebben geleefd binnen het functioneringssysteem dat de staat heet en zich geen weg naar gerechtigheid kunnen voorstellen waarin die staat niet wordt gepasseerd.
Vervolgens moeten we manieren bedenken om instellingen als jury's, scholen, uitkeringsstelsels voor kinderen en bejaarden, en openbare of sociale huisvesting weer in handen te krijgen, zodat ze weer het principe van wederzijdse hulp weerspiegelen, door autonome diensten te creëren die voorzien in de essentiële behoeften van huishoudens in plaats van de heerschappij van de moderne staat te heiligen.
Dit is misschien niet zo moeilijk als het klinkt, aangezien onder het neoliberalisme zoveel sociale diensten zijn afgeslankt of geprivatiseerd, waardoor mensen minder reden hebben om loyaal te blijven aan een systeem dat hen zonder essentiële steun laat. Door de wederzijdse hulp nieuw leven in te blazen en buiten de staat om op te voeren, krijgen individuen en gemeenschappen directe democratische controle over deze initiatieven, waardoor ze de gewoonte aanleren om zichzelf te beheren in plaats van dat een elite dat voor hen doet - en dat is absoluut noodzakelijk als we de moderne staat niet gewoon opnieuw willen opbouwen.
De Lokale Coördinatiecomités van Syrië, die in de maanden na de opstand van de Arabische Lente in 2011 begonnen met het opzetten van raden die de macht direct in handen van de lokale gemeenschappen legden, bieden een voorbeeld van hoe we hierover moeten denken. Het basisdocument van de beweging was "The Organization of Local Councils", van de Syrische econoom en anarchist Omar Aziz, die twee jaar later in de gevangenissen van het Assad-regime stierf. Het bevatte drie hoofddoelen:
De mens ondersteunen bij het autonoom beheren van hun eigen leven, zonder staatsinstellingen of -structuren (ook al is deze autonomie niet volledig);
Het scheppen van ruimte voor collectieve expressie die de samenwerking tussen individuen kan versterken en die meer noodzakelijke taken kan omvatten naarmate het politieke betrokkenheid groeit; en
Het aanzetten tot sociaal-revolutionaire activiteiten op regionaal niveau en het verenigen van ondersteunende structuren.
Hoewel de moderne staat een groter deel van de wereld omvat dan ooit tevoren en het overgrote deel van de wereldbevolking heeft opgenomen, is hij nog steeds niet universeel; inheemse volken in het Amazonegebied, de Boliviaanse hooglanden en in de gebieden die door de Zapatistas in Mexico zijn bevrijd, organiseren zich nog steeds - althans gedeeltelijk - op basis van traditionele benaderingen van landbouw, productie en gemeenschap.
Hieruit blijkt dat inheemse gemeenschappen hun cultuur kunnen opeisen en zich daar met succes omheen kunnen organiseren, zelfs in de wereld van de moderne staat. In dit proces openen zij voor ons allen nieuwe methoden van sociale, politieke en economische organisatie en laten zij zien dat het uniforme model waaraan wij gewend zijn geraakt niet onvermijdelijk is.
Het tweede dat ons opvalt is dat veel van deze andere methoden heel weinig afhankelijk zijn van leiders en leiderschap, maar toch effectieve strategieën bieden om belangrijke beslissingen te nemen. Het derde dat zich openbaart is dat minder voorschrijvende benaderingen van sociale organisatie meer in overeenstemming zijn met de aard van de menselijke samenleving, die neigt naar pluralisme.
En als we onze eigen geschiedenis diep genoeg onderzoeken, realiseren we ons dat elke belangrijke vooruitgang in het materiële welzijn en de politieke status van werkende mensen, van gratis openbaar onderwijs tot fatsoenlijk loon en waardigheid voor industriële arbeiders tot rassengelijkheid, te danken is aan sociale bewegingen die zich eerst buiten de staat en in oppositie tegen zijn machtsstructuur vormden. Deze vooruitgang ging verloren toen deze sociale bewegingen verzwakten of door de staat werden ingelijfd.
Directe actie is het instrument dat ons in staat stelt dit alles samen te voegen: de moderne staat rechtstreeks uitdagen, ons erbuiten organiseren en leren van andere sociale structuren en verzetsbewegingen, uit het verleden en het heden. Dit kan allerlei vormen aannemen: de algemene staking, de boycot, hacktivisme, het bezetten van land of faciliteiten die toebehoren aan de overheid of particuliere ondernemingen. Directe actie kan de staat volledig omzeilen - het opzetten van een coöperatieve boerderij of fabriek, het creëren van een autonome gemeenschap buiten het elektriciteitsnet, kraken in een verlaten gebouw, het bebouwen van een braakliggend stuk grond - zolang mensen bereid zijn het recht van de gemeenschap om dit uit te oefenen te verdedigen. Hoe dan ook, directe actie bereidt ons voor op zowel denken als handelen buiten en in tegenspraak met de staat en het kapitalisme, elke dag opnieuw.
Het huidige moment is veelbelovend omdat, misschien voor het eerst en deels dankzij de toenemende onderlinge verbondenheid van elke nationale economie, het niet langer individuele staten zijn die op deze drie gebieden tekortschieten; het is de staat zelf, en het systeem van staten dat haar ondersteunt. In het licht van de opwarming van de aarde en de COVID-19 pandemie is de moderne staat er niet in geslaagd veiligheid te bieden. Naarmate bijna elk land multi-etnischer en multicultureler wordt, is de staat er niet in geslaagd zijn definitie van identiteit uit te breiden en heeft zij de ruimte voor mensen om een stem te hebben zelfs verkleind. Door vast te houden aan neoliberaal beleid heeft de staat grote delen van de mensheid teruggedrongen tot armoede en onzekerheid, waardoor ze sociaal en geografisch nog meer gedestabiliseerd zijn geraakt.
Het afschudden van de moderne staat vereist dus zowel lokaal organiseren als het verbinden van lokale met globale strijd om oplossingen te vinden voor de problemen waarvoor de staat de verantwoordelijkheid heeft afgestaan. Het betekent ook dat we op het ergste voorbereid moeten zijn.
De moderne staat is eeuwen bezig geweest met het creëren van een uitgebreid web van controle, assimilatie en identiteit. Zoals elk levend organisme, zal het vechten om zichzelf te behouden, tegen elke prijs. Dit zal zowel een fysieke als een psychologische dimensie omvatten: gewelddadige onderdrukking, maar ook een sterk beroep op de identiteiten die de staat voor ons creëert, en angst voor het onbekende en voor elkaar aanwakkeren. Op een bepaald moment zal er vrijwel zeker een gewapende strijd uitbreken, wanneer activisten geconfronteerd worden met een gewelddadige reactie en de meerderheid van de bevolking ofwel trouw blijft aan het huidige systeem ofwel niet langer met het systeem samenwerkt.
Maar de moderne staat - het systeem - zal niet verdwijnen totdat wij het daartoe dwingen.
–– Eric Laursen is schrijver, activist en organisator en woont in het westen van Massachusetts. Zijn laatste boek is The Operating System: An Anarchist Theory of the State (AK Press).
Reacties (0)
Voeg nieuwe reactie toe
Wij tolereren geen: racisme, seksisme, transfobie, antisemitisme, ableisme enz.