Uitgelicht: Daniel Guérin

"De revolutie van onze tijd zal van onderop tot stand komen - of zij zal helemaal niet tot stand komen".
Zoals hij eens schreef over het lot dat het anarchisme is beschoren, is Daniel Guérin (1904-1988) zelf het slachtoffer geworden van onterechte miskenning en, in sommige kringen van onverdiend diskrediet. Want hoewel veel mensen Guérin kennen, lijken betrekkelijk weinigen zich bewust van de breedte van zijn bijdrage. Zijn werk betreft een breed scala van onderwerpen, van fascisme en de Franse Revolutie tot de geschiedenis van de Europese en Amerikaanse arbeidersbeweging; van marxistische en anarchistische theorie tot homo-emancipatie; van Frans kolonialisme tot de Black Panthers; van Paul Gauguin tot Franse kernproeven in de Stille Oceaan.
Hij was consequent anti-stalinistisch in een periode waarin de invloed van de Franse Communistische Partij, zowel onder intellectuelen als binnen de arbeidersbeweging, overweldigend was; hij paste nooit gemakkelijk in ideologische of politieke hokjes en werd vaak verkeerd begrepen en voorgesteld; en in Frankrijk in de jaren '60 en '70 was zijn biseksualiteit zelfs voor velen van links schokkend. Guérin was, in één woord, een "onruststoker".
Guérin zag zichzelf in de eerste plaats als activist en in de tweede plaats als historicus. Vanaf de dag in 1930 dat hij de poëzie en romans van zijn jeugd achter zich liet, hadden al zijn onderzoek en geschriften inderdaad min of meer direct betrekking op zijn politieke engagement. Zijn groeiende ontwikkelende kritiek op het (autoritair) marxisme en zijn latere belangstelling voor het anarchisme en de relatie tussen marxisme en anarchisme werden ingegeven door zijn eigen directe ervaring van actieve deelname aan revolutionaire strijd op meerdere fronten. Zo was hij lid en actief in meerdere libertair/anarchistisch communistische organisaties.
Na zijn reis naar Indochina (Vietnam, Laos en Cambodja) in 1930, waar hij de koloniale realiteit ontdekte, nam hij deel aan de strijd tegen het kolonialisme. Hij werd één van de bekendste figuren in de antikoloniale campagnes gedurende de jaren 1950 en '60 en één van de eerste die de strijd tegen het kolonialisme centraal stelde.
Guérin was hij een van de eersten in Frankrijk die waarschuwde voor de opkomende gevaren van het fascisme, in 1933 reed Daniel Guérin op zijn fiets door Hitler-Duitsland om de oorsprong van het fascisme te analyseerde, de mystiek die hen bezielde; de offensieve tactiek tegenover de arbeidersbeweging, zijn actie tegen de arbeidersklasse en zijn economisch beleid (een oorlogseconomie in vredestijd). Dit werk legde hij vast in zijn twee publicaties Le Plague Brun (De bruine pest) in 1933 en Le Fascisme et le Grand Capital (vert. Fascisme en het grootkapitaal) in 1936.
Daniel Guérin was openlijk biseksueel, hij hekelt de discriminatie van seksuele minderheden, ook in kringen van radicaal-links. Hij werd tegen 1968 ook beschouwd als de grootvader van de homo-emancipatiebeweging in Frankrijk en heeft hard gevochten voor de moeizame integratie door de arbeidersbeweging voor de acceptatie van homo's. Pierre Hahn meende dat zijn eigen generatie homo's meer aan Guérin te danken had dan aan enig ander persoon.
Gedesillusioneerd door het autoritair karakter dat inherent was aan het Leninisme, stapte Guérin tijdens de oorlog geleidelijk af van het orthodoxe marxisme om het anarchisme te benaderen. In socialistische kringen staat hij vooral ook bekend voor zijn werk om anarchisme en marxisme met elkaar te verenigen, onder de naam libertair marxisme. En beïnvloedde hij een generatie activisten met zijn "rehabilitatie" van het anarchisme via zijn Anarchisme en de bundel No Gods, No Masters, voordat hij een rol speelde in de heropleving van de belangstelling voor Rosa Luxemburg. Noam Chomsky beschouwt Guérins geschriften over anarchisme als van groot belang voor de ontwikkeling van het hedendaagse socialistische denken.
Wat volgens Daniel Guérin zoveel controverse heeft veroorzaakt in discussies over het marxistische politieke denken is het concept van de dictatuur van het proletariaat, een concept dat volgens hem nooit echt door Marx ontwikkeld werd, en dat "te kort, te vaag" beschreven wordt. De dictatuur van het proletariaat is een heel heikele uitdrukking omdat ze het "vocabulaire van de vijand" leent. Guérin drong er daarom op aan deze uitdrukking te vervangen door die van "revolutionaire dwang".
Zijn hele leven lang was hij een historisch materialist, maar hij bleef gehecht aan een revolutionair socialisme met een sterke ethische of morele kern. Hoewel het vele jaren duurde voor hij een organisatie vond die aan zijn verwachtingen voldeed, was hij in hart en nieren altijd een libertair communist, waarbij hij een steeds sterker geloof ontwikkelde in de noodzaak van een "totale revolutie" die evenveel belang zou hechten aan kwesties van ras, sekse en seksualiteit als aan conflicten op de werkplek. Of het nu specifiek was in zijn engagement voor antikolonialisme of voor seksuele bevrijding, of meer algemeen in zijn nadruk op wat tegenwoordig intersectionaliteit genoemd zou worden, Guérin was ongetwijfeld zijn tijd ver vooruit.
Reacties (0)
Voeg nieuwe reactie toe
Wij tolereren geen: racisme, seksisme, transfobie, antisemitisme, ableisme enz.